Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
adverbs vs adjectives
Welcome everyone
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
18 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welcome everyone
Slide 1 - Tekstslide
Goal:
In this lesson you will learn about
- adjectives
- adverbs
and how to use them.
Slide 2 - Tekstslide
Wat valt je op?
Adjective:
My sister is a
spectacular
singer.
Adverb:
My sister sings
spectacularly.
Slide 3 - Tekstslide
Wat valt je op?
Eigen woorden, in Nederlands.
Slide 4 - Open vraag
Adjective:
Bijvoeglijk naamwoord.
Zegt iets over een
ding/persoon
.
(noun)
The
beautiful
girl
. The
awesome
show
.
My
curly
hair
. The
blue
car
.
Slide 5 - Tekstslide
Think of an adjective to fit here:
My neighbour has a __________ cat.
Slide 6 - Open vraag
Adverbs:
Zeggen iets over de manier waarop iets gebeurt.
(verbs)
She dances
beautifully.
She walks
quickly.
My friend listens
carefully
to the teacher.
Slide 7 - Tekstslide
Adverb:
How to make them:
quick - quick
ly
fantastic - fantastic
ally
Slide 8 - Tekstslide
Uitzonderingen!
fast = fast
She is a fast runner. She runs fast.
good = well
I'm a good guitarist. I play the guitar well.
Slide 9 - Tekstslide
Think of an adverb to fit here.
My dog plays ________ with his toys.
Slide 10 - Open vraag
Toevoeging:
Een
adverb
kan ook iets zeggen over een
adjective
of een ander
adverb
:
My sister has an
extremely
loud
voice.
Sandra can run
very
fast
.
Slide 11 - Tekstslide
Laatste stukje:
Er zijn meerdere soorten
adverbs
.
De 'gewoonste' hebben we nu de hele tijd gebruikt.
To walk
fast
, to run
quietly
, to sing
perfectly
.
Er zijn ook
adverbs of frequency
.
Die zeggen hoe vaak iets gebeurt.
Slide 12 - Tekstslide
Bedenk een Engels woord voor hoe vaak iets gebeurt: I _____ do my homework.
Slide 13 - Open vraag
Adverbs of frequency
Never, always, sometimes, often, usually.
They
never
go
to the movies.
Bij een 'gewoon' werkwoord, komt the
adverb
ervoor.
My sister
is
always
late.
Bij een vorm van
to be & (can/will/etc)
komt de
adverb
erachter.
Slide 14 - Tekstslide
Practise:
Use the word I give you.
Write down the word
before
and
after
where it's supposed to be:
'usually' - She walks to school.
Answer: She usually walks
Slide 15 - Tekstslide
sometimes - I go to the city.
Slide 16 - Open vraag
often - I am busy in the afternoon.
Slide 17 - Open vraag
Practise:
Use the exercises to practise with this grammar.
Most important:
Adjective
= about a person / animal / thing (zelfst.nwd)
My
tall
friend. Do you like
hot
chocolate? I'm a
fast
skater.
adverb
= about how it's done / extra information
She dances
beautifully
. He is a
very
tall
guy.
Slide 18 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
adverbs vs adjectives
December 2020
- Les met
18 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Test preparation unit 3 - hv2b
Januari 2024
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Grammar repeat + script continue (THV)
Februari 2024
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
2VE Adjectives + Adverbs
Juni 2022
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 2
25-01-2023 E Writing and Grammar
Januari 2023
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
3A/4M 2024: Adjectives and adverbs
Januari 2024
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Chapter 3 lesson 4
Januari 2020
- Les met
19 slides
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Adjectives vs adverbs
Februari 2022
- Les met
20 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2