Werkwoordspelling 2E TT
1 / 32
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
een ik-vorm eindigt op -d
Slide 7 - Woordweb
Ik .... van spruitjes.
A
houd
B
hout
C
houdt
D
houden
Slide 8 - Quizvraag
Hij ... niet van spruitjes
A
houd
B
hout
C
houdt
D
houden
Slide 9 - Quizvraag
De kinderen ... van aspergesoep.
A
houd
B
hout
C
houdt
D
houden
Slide 10 - Quizvraag
... jij van bami ?
A
houd
B
hout
C
houdt
D
houden
Slide 11 - Quizvraag
weigeren
De hond ... te gehoorzamen.
De hond ... te gehoorzamen.
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
lachen
De kleuter ... om de clown.
De kleuter ... om de clown.
Slide 16 - Open vraag
verrassen
Het kind ... moeder met een bos bloemen.
Het kind ... moeder met een bos bloemen.
Slide 17 - Open vraag
peinzen
De oude man ... over zijn voorbije jeugd.
De oude man ... over zijn voorbije jeugd.
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
snijden
Ik ... de groenten in kleine stukjes.
Ik ... de groenten in kleine stukjes.
Slide 20 - Open vraag
rijden
De auto ... voorzichtig over de snelweg.
De auto ... voorzichtig over de snelweg.
Slide 21 - Open vraag
glijden
... jij niet uit over die gladde tegels?
... jij niet uit over die gladde tegels?
Slide 22 - Open vraag
glijden
... je oom niet uit over die gladde tegels?
... je oom niet uit over die gladde tegels?
Slide 23 - Open vraag
vergoeden
De organisatoren ... alle onkosten.
De organisatoren ... alle onkosten.
Slide 24 - Open vraag
vergoeden
... hij alle onkosten ?
... hij alle onkosten ?
Slide 25 - Open vraag
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Is deze pv goed gespeld ?
Je neef ontwikkeldt zijn eigen films.
Je neef ontwikkeldt zijn eigen films.
A
juist
B
fout
Slide 28 - Quizvraag
Is deze pv goed gespeld ?
Jij bindt dat wel even vast.
Jij bindt dat wel even vast.
A
juist
B
fout
Slide 29 - Quizvraag
Is deze pv goed gespeld ?
Bint jij dat wel even vast ?
Bint jij dat wel even vast ?
A
juist
B
fout
Slide 30 - Quizvraag
Slide 31 - Tekstslide
Wat vond je van deze les?
