In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
5.1 Verschillen tussen mensen
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Leerdoelen
Bibliotheek-tijd
Instructie met controle-vragen
Verwerken
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen genotype en fenotype.
Je kunt uitleggen hoe variaties in genotypen ontstaan en leiden tot variaties in allelen.
Slide 3 - Tekstslide
Bibliotheek-tijd
Lezen bladzijde 157-158
Bestudeer bron 1-3
timer
7:00
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Op welk moment ontstaat het genotype van een mens?
A
Bij de geboorte
B
Bij de bevruchting
C
Door de invloed van milieuomstandigheden
D
Als het fenotype bepaald is.
Slide 6 - Quizvraag
Men vergelijkt de naalden aan één spar. De naalden zijn niet allemaal even lang. Is bij een korte naald het fenotype anders dan bij een lange naald? En het genotype?
A
Alleen het genotype is anders
B
Alleen het fenotype is anders
C
Zowel het fenotype als genotype zijn anders
D
Fenotype en genotype zijn beide gelijk
Slide 7 - Quizvraag
Van een kloon kan men in het algemeen zeggen dat:
A
de fenotypen en de genotypen onderling gelijk zijn.
B
de genotypen onderling altijd gelijk zijn
C
de genotypen onderling gelijk zijn, maar de fenotypen kunnen verschillen
D
de fenotypen onderling gelijk zijn, maar de genotypen onderling verschillen
Slide 8 - Quizvraag
Filmpje: Alleles and Genes
Bij het filmpje op de volgende slide kun je nederlandse ondertiteling aanzetten.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Wat is een allel?
A
Dit is een andere benaming voor een gen
B
Dit is een erfelijke ziekte
C
Dit is een mutatie in en geslachtschromosoom
D
Dit is een variant van een gen
Slide 11 - Quizvraag
Mutaties
Mutaties door bepaalde stoffen/straling/etc. leiden tot variaties in genotypen. Degelijke variaties van een gen noem je allelen.
Slide 12 - Tekstslide
Verwerken
Ga naar de planner op It's Learning en maak de opdrachten 5.1. -> Basis: in ieder geval -> Extra hulp: als je denkt de leerdoelen nog niet te beheersen. -> Verdieping: bij uitdaging of ter oefening van toets/examenvragen.
Kijk de gemaakte opdrachten ook na. De antwoorden staan onder bronnen (hoofdstuk 5).
Slide 13 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen genotype en fenotype.
Je kunt uitleggen hoe variaties in genotypen ontstaan en leiden tot variaties in allelen.