Voorbeeld toets opgaven Licht

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Meerkeuze vragen

Slide 2 - Tekstslide

Hoek van inval

Hoek van breking

Hoek van terugkaatsing

Normaal

Grensvlak 
Sleep de juiste symbolen naar de juiste plek.
Er geldt hier
breking...
i
r
n
t
... van de normaal af.
... naar de normaal toe.
gv

Slide 3 - Sleepvraag

Divergent
Convergent
Evenwijdig

Slide 4 - Sleepvraag

Holle lens
Bolle lens
Convergerend
Divergerend
+
-
In het midden dikker
In het midden dunner

Slide 5 - Sleepvraag

Welke lenzen zijn positief en welke negatief? Sleep de lenzen naar het juiste vak.
+
-

Slide 6 - Sleepvraag

In de rechthoekjes in de figuren hieronder zit een holle of een bolle lens. Sleep de figuren naar het juiste vak.
Holle Lens
Bolle Lens

Slide 7 - Sleepvraag

OOG Sleep de juiste (zwarte) nummers achter de juiste termen.
Hoornvlies

Netvlies

Ooglens

Oogzenuw

Pupil
1
2
3
4
5

Slide 8 - Sleepvraag


OOG 
In de figuur hiernaast zie je een ongeaccommodeerd oog dat in de verte kijkt.
Deze persoon is 
A
verziend
B
bijziend
C
normaal ziend

Slide 9 - Quizvraag


OOG
In de figuur hiernaast zie je een ongeaccommodeerd oog dat in de verte kijkt.
De ooglens in het plaatje is 
A
te sterk
B
te zwak
C
precies goed van sterkte

Slide 10 - Quizvraag


OOG
In de figuur hiernaast zie je een ongeaccommodeerd oog dat in de verte kijkt.
Dit situatie in het plaatje kan worden gecompenseerd / in orde worden gemaakt door een 
A
positieve bril (lens)
B
negatieve bril (lens)
C
er is geen bril nodig

Slide 11 - Quizvraag

De hoek van inval is hier gelijk aan
A
57o
B
33o
C
67o
D
dit kan je niet weten

Slide 12 - Quizvraag

Deze holle spiegel veroorzaakt een beeld. Wat voor beeld zul je zien?
A
Normaal spiegelbeeld
B
Vergroot spiegelbeeld
C
Verkleind spiegelbeeld
D
Geen van allen

Slide 13 - Quizvraag

Bij terugkaatsing van een lichtstraal op een spiegel, moet je de hoek van inval en de hoek van terugkaatsing kennen.
Welke hoek in figuur 1 is de hoek van terugkaatsing?
A
hoek 1
B
hoek 2
C
hoek 3
D
hoek 4

Slide 14 - Quizvraag

Waar ziet de persoon (hiernaast) het spiegelbeeld van de lamp?
A
precies op de spiegel
B
70 cm achter de spiegel
C
35 cm achter de spiegel
D
35 cm voor de spiegel

Slide 15 - Quizvraag

REKENVRAGEN
Rekenvragen

Slide 16 - Tekstslide

Een voorwerp van 3,0 cm groot, wordt door een positieve lens 2,5x vergroot. Bereken de grootte van het beeld

Slide 17 - Open vraag

De brandpuntsafstand van een lens is 35,0 cm. Op het scherm, 300 cm verderop wordt een scherp beeld gevormd. a. Bereken de afstand van het voorwerp tot de lens.
b. Bereken de vergroting van de lens.

Slide 18 - Open vraag

Voor een lens met een sterkte van 25 dpt staat een voorwerp op 2,0 m afstand staat.
a. Bereken de beeldafstand.
b. Bereken de vergroting.

Slide 19 - Open vraag


Een voorwerp van 8,0 cm groot staat op 12 cm van een positieve lens met lenssterkte S = 10 dpt.
Bereken
-de brandpuntsafstand in hele cm
-de beeldafstand in hele cm
-de beeldgrootte in hele cm

Hoe je antwoord in te vullen?
Stel je antwoorden zijn 12 cm, 30 cm en 11 cm. Vul dan in:
123011 

Slide 20 - Open vraag

Wat vond je van de moeilijkheidsgraad van DT?
(Smile = niet moeilijk)
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll