Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 2
Jan is 33 jaar en is werkloos, wel zoekt hij een baan. Hoort hij bij de beroepsbevolking?
A
Ja
B
Nee
1 / 12
Lesduur is: 10 minOnderdelen in deze les
Jan is 33 jaar en is werkloos, wel zoekt hij een baan. Hoort hij bij de beroepsbevolking?
A
Ja
B
Nee
Slide 1 - Quizvraag
Laila is 30 jaar en is arbeidsongeschikt. Behoort zij tot de beroepsbevolking?
A
ja
B
nee
Slide 2 - Quizvraag
welke uitkeringskosten stijgen door de vergrijzing?
A
WULZ
B
AWBZ
C
WW
D
AOW
Slide 3 - Quizvraag
oplossingen om de AOW betaalbaar te houden kunnen zijn: (meerdere antw. mogelijk)
A
De AOW-leeftijd omlaag
B
De AOW-uitkering omlaag
C
De arbeidsproductiviteit omhoog
D
De premies voor werkenden hoger maken
Slide 4 - Quizvraag
Vraag naar arbeid
Aanbod van arbeid
Werkgever
Werknemer
Werkgelegenheid
Beroepsbevolking
Vacatures
Werklozen
Slide 5 - Sleepvraag
De i/a-ratio daalt van 80 naar 70. Zijn volksverzekeringen moeilijker te betalen?
A
Nee, alleen de werkenden betalen premies hiervoor
B
Ja, want de actieven betalen voor 70% ipv 80% van een uitkering
C
Ja, want tegenover 80 actieven staan 70 inactieven
D
Nee, de actieven betalen voor 70% ipv 80% van een uitkering
Slide 6 - Quizvraag
Wat gebeurt er met de i/a-ratio als de arbeidsproductiviteit verdubbelt?
A
De i/a-ratio stijgt
B
De i/a-ratio daalt
C
De i/a-ratio
verandert niet
Slide 7 - Quizvraag
Leidt de vergrijzing tot een daling of een stijging van de i/a ratio?
A
Daling
B
Stijging
Slide 8 - Quizvraag
Wat gebeurt er met de i/a-ratio als de arbeidsproductiviteit verdubbelt?
A
De i/a-ratio stijgt
B
De i/a-ratio daalt
C
De i/a-ratio
verandert niet
Slide 9 - Quizvraag
Wanneer neemt de participatiegraad toe? (meerdere antwoorden goed)
A
Wanneer mensen meer deeltijd kunnen werken
B
Wanneer de pensioenleeftijd wordt verhoogd
C
Wanneer jongeren langer door studeren
D
Wanneer de pensioenleeftijd omlaag gaat
Slide 10 - Quizvraag
In een land gaat de pensioensleeftijd omhoog. De participatiegraad:
A
stijgt
B
daalt
C
blijft gelijk
Slide 11 - Quizvraag
Wat gebeurt er met het P/A ratio wanneer het aantal mensen met een deeltijdbaan stijgen?
A
Daalt het p/a ratio
B
Stijgt het P/A ratio
