Vrijdag 20 sept Taalverzorging

Taalverzorging H2
Onderdelen van taalverzorging?
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Taalverzorging H2
Onderdelen van taalverzorging?

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Taalverzorging

Slide 3 - Tekstslide

Taalverzorging
Leestekens
Hoofdletters

Slide 4 - Tekstslide

TAALVERZORGING
leestekens
werkwoordspelling

Slide 5 - Tekstslide

Verbeter de taalfout in de kop.
A
klaar maakt
B
dat => die

Slide 6 - Quizvraag

"Hun zijn nog dommer als ons."

Hoeveel taalfouten zitten er in deze in?
A
Ik weet dat dit klopt
B
1
C
2
D
Ik zou niet weten wat hier fout aan is

Slide 7 - Quizvraag

Verbeter de taalfout in de kop.
A
dat => dit
B
dat => die

Slide 8 - Quizvraag

Welke taalfout maakten ze?
A
Ze zingen 'als mij', dat moet 'als ik' zijn.
B
Ze zingen 'als mij', dat moet 'dan mij' zijn.
C
Ze zingen 'dan mij', dat moet 'als ik' zijn.

Slide 9 - Quizvraag

Wat telt mee als taalfout op je toets?
A
hoofdletter vergeten
B
geen puntjes op de ij schrijven
C
geen punt aan het einde van de zin schrijven
D
een spellingsfout

Slide 10 - Quizvraag

Taalfoutje of niet?
A
Goed
B
Fout

Slide 11 - Quizvraag

Hij is leuker als Sinterklaas.
Taalfout?
A
is fout (dan)
B
goed (rol)

Slide 12 - Quizvraag

Als je een brief schrijft, moet je ... goed nakijken op taalfouten.
A
hij
B
zij
C
hem
D
het

Slide 13 - Quizvraag

Wat is belangrijk bij de taalverzorging?

Slide 14 - Open vraag

Wat bedoelen we met "taalverzorging"?
A
Een net handschrift
B
(ww)spelling, zinsbouw, woordkeuze, interpunctie en hoofdletters
C
Moeilijke woorden gebruiken
D
examenbegrippen gebruiken

Slide 15 - Quizvraag

De verantwoording van het beroepsproduct voldoet aan de inhoudseisen en vormeisen van de PDG-opleiding.
De lezer krijgt alle informatie die hij nodig heeft om het beroepsproduct op waarde te schatten.
De verantwoording van het beroepsproduct is objectief en precies geschreven en is logisch opgebouwd
In de verantwoording heb je aandacht besteed aan de taalverzorging, vormgeving en brongebruik.

Slide 16 - Sleepvraag

Samenhang
Inhoud
Opbouw
Taalverzorging
Signaalwoorden
Goede antwoord
Alinea
d's en t's 

Slide 17 - Sleepvraag

Voor taalverzorging (schrijfopdracht) kan ik 5 punten krijgen
A
ja, dat klopt
B
Nee, dat klopt niet

Slide 18 - Quizvraag

TAALVERZORGING: elke zin begint met een hoofdletter.
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quizvraag

Geef van onderstaande beweringen aan of ze waar of niet waar zijn.
Waar
Niet waar
De spellingchecker haalt de meeste fouten wel uit de tekst
Een foutje is net erg, als de boodschap maar begrepen wordt
Fouten in de werkwoordspelling zijn taalfouten
De verkeerde naam schrijven van een collega is een taalfout

Slide 20 - Sleepvraag

Huiswerk voor ma 23 sept
Schrijven blok 1
Maken opdr. 1
Leren blz. 48 en 49 de theorie

Slide 21 - Tekstslide