eufemisme understatement eufemisme

stijlfiguren
Vandaag ga je oefenen met de stijlfiguren:

eufemisme
understatement
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

stijlfiguren
Vandaag ga je oefenen met de stijlfiguren:

eufemisme
understatement

Slide 1 - Tekstslide

Eufemisme
Verzacht de werkelijkheid 
Soms gebruikt men een eufemisme als iemand zich schaamt om het eigenlijke woord te zeggen.

Tussen twee banen (werkloos zijn)
De man was in zijn slaap heengegaan  (overleden)

Slide 2 - Tekstslide

Understatement
verzwakte mededeling/op een spottende manier
Je reageert een beetje koeltjes 

Wij vonden de reorganisatie verschrikkelijk.
understatement: Wij waren niet zo blij met de reorganisatie
Je kunt niet tekenen
understatement: tekenen is niet je grootste talent

Slide 3 - Tekstslide

test je kennis
Pak je mobiel erbij en ga naar Lessonup.app

Slide 4 - Tekstslide

Na weer een complicatie deelde de arts mee dat ze 'op het ergste' voorbereid moesten zijn.
A
eufemisme
B
understatement
C
overdrijven

Slide 5 - Quizvraag

Dat kunnen ze nu wel zeggen, maar dat boek is zo slecht nog niet.
A
eufemisme
B
understatement
C
overdrijven

Slide 6 - Quizvraag

Jongens, ik ga even naar de bakker want ik verga van de honger.
A
eufemisme
B
understatement
C
overdrijven

Slide 7 - Quizvraag

Welke stijlfiguur wordt hier gebruikt?
Die dichter is al vroeg heengegaan.

Slide 8 - Open vraag

Welke stijlfiguur wordt hier gebruikt?
We zijn niet gaan tennissen, want het kwam met bakken uit de hemel.

Slide 9 - Open vraag

Zij waren de liefde aan het bedrijven toen plotseling de deur openging.
A
eufemisme
B
understatement
C
overdrijven

Slide 10 - Quizvraag

Hij had te diep in het glaasje gekeken.
A
eufemisme
B
understatement

Slide 11 - Quizvraag

ziet er naar uit dat het een beetje geregend heeft gisteravond.

Slide 12 - Tekstslide

ziet er naar uit dat het een beetje geregend heeft gisteravond
A
eufemisme
B
understatement
C
overdrijven

Slide 13 - Quizvraag

           Welk woord hoort bij het eufemisme?
ongewenst bezoek
extra reistijd
de zwarte dood
laatste adem uitblazen
doodgaan
inbreker
vertraging
de pest

Slide 14 - Sleepvraag

Ik kan de stijlfiguren vinden.
A
ja
B
nee
C
soms

Slide 15 - Quizvraag

nog oefenen?
Maak de opdrachten in je boek of oefen op cambiumned.nl

https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-eufemismen/


Slide 16 - Tekstslide