Twee x waarheid, één x leugen
Iedereen schrijft drie beweringen over zichzelf op een briefje:
twee beweringen die waar zijn en één leugen. Nummer ze aan de hand van A, B en C.
Daarna leest iedere leerling zijn/haar briefje voor.
De rest van de klas stemt op de bewering waarvan je denkt dat die niet klopt (A, B of C).