In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Ruimtefiguren en hun eigenschappen
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je voorbeelden van ruimtefiguren benoemen
Aan het einde van de les kun je de termen grensvlakken, ribben en hoekpunten definiëren en toepassen
Aan het einde van de les kun je het aantal hoekpunten, ribben en grensvlakken van een balk bepalen
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat weet je al over ruimtefiguren?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Definitie en voorbeelden van ruimtefiguren
Ruimtefiguren: Driedimensionale objecten zoals een balk, kubus, piramide, bol en cilinder
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Definitie van grensvlakken, ribben en hoekpunten
Grensvlakken: De zijkanten, de onderkant en de bovenkant van een ruimtefiguur
Ribben: De randen waar de grensvlakken bij elkaar komen
Hoekpunten: De plaatsen waar de ribben bij elkaar komen
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Eigenschappen van een balk
Een balk heeft 8 hoekpunten, 12 ribben en 6 grensvlakken
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Samenvatting
Ruimtefiguren: Balk, kubus, piramide, bol en cilinder
Grensvlakken: Zijkanten, onderkant en bovenkant
Ribben: Randen waar grensvlakken samenkomen
Hoekpunten: Plaatsen waar ribben samenkomen
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 8 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 9 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 10 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.