Hoofdstuk 1.9 tot en met het einde

Planning deze week:
Hoofdstuk 1 afronden en een start maken met hoofdstuk 2. 

Hoofdstuk 2 = Inkomstenbelasting 

Maken: opdrachten 18 19 20 21 22 en opdracht 24. Let op: opdracht 24 is rekenen! 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
rechtenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Planning deze week:
Hoofdstuk 1 afronden en een start maken met hoofdstuk 2. 

Hoofdstuk 2 = Inkomstenbelasting 

Maken: opdrachten 18 19 20 21 22 en opdracht 24. Let op: opdracht 24 is rekenen! 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen deze week 
Je kunt
* de bronnen van belastingrecht benoemen
* de hoofdregel voor alle belastingberekeningen toepassen
* uitleggen of iemand inkomstenbelasting moet betalen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maar we kijken eerst nog even terug op de vorige les
  • Daarin is besproken hoe we belastingen kunnen onderscheiden naar heffende instantie én of het een directe of indirecte belasting is.   
  • Daarnaast is het verschil besproken tussen  een aanslag- en een aangiftebelasting en welke belastingbeginselen nu hoorden bij de verschillende belastingen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling 
we beginnen eerst met een aantal oefeningen over de al besproken stof in de vorige lessen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de inkomstenbelasting is een?
A
directe belasting
B
indirecte belasting

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

hondenbelasting wordt geheven door?
A
het Rijk
B
provincie
C
gemeente
D
waterschappen

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

loonbelasting is een voorbeeld van een aangiftebelasting
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

accijns(belasting) is een voorbeeld van een aanslagbelasting
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welk beginsel is van toepassing op box 1 van de inkomstenbelasting met dit progressieve tarief?
A
profijtbeginsel
B
beginsel van de minste pijn
C
draagkrachtbeginsel
D
beginsel vd bevoorrechte verkrijging

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welk beginsel is op de wegenbelasting van toepassing?
A
profijtbeginsel
B
beginsel van de minste pijn
C
draagkrachtbeginsel
D
beginsel vd bevoorrechte verkrijging

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdstuk 1.9 Bronnen van belastingrecht 
In welke bronnen kunnen we belastingrecht vinden?   
1. Nationale wet- en regelgeving
2. Beleidsregels en resoluties
3. Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
4. Jurisprudentie
5. Verdragen
6. Europese regelgeving 

Wet: belangrijkste is de Grondwet. Daarin staat dat belastingen via de wet moeten worden geregeld => legaliteitsbeginsel. 
Dit beginsel houdt in dat al het overheidshandelen terug te voeren moeten zijn op een wettelijke basis. Die wettelijke basis moet het overheidsorgaan de bevoegdheid geven om een specifieke  bestuurshandeling te verrichten. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nationale wet- en regelgeving





Wetten in formele zin zijn vaak ook wetten in materiele zin.
Wetten in materiele zin die geen wet in formele zin zijn: gemeentelijke of provinciale verordeningen. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wet in formele zin
wet in materiële zin

Slide 13 - Tekstslide

form. zin: Gezamenlijk besluit van de regering en de Staten-Generaal.

materiële zin: Besluit van een daartoe bevoegd overheidsorgaan dat een onbepaald aantal en dus niet met naam genoemde groep personen betreft.
Ad 1. Nationale wet- en regelgeving
Wetten zijn algemeen verbindende voorschriften: regels, die dus voor iedereen gelden. 

Wet in materiële zin: Tot burgers gerichte en bindende regels. kan ook gemaakt zijn door andere wetgevers bijv. APV van de gemeente Eindhoven
Wet in formele zin: gemaakt door regering en Staten-Generaal
bijv. Grondwet, Wetboek van Strafrecht, Burgerlijk Wetboek. Wet IB 2001. Wet loonbelasting 1964. 


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ad 2. Beleidsregels
Een beleidsregel is een regel gemaakt door een bestuursorgaan. De regels zijn een soort richtlijnen van het bestuursorgaan ten behoeve van het scheppen van duidelijkheid naar de burger. Ze zijn niet opgenomen in een wet, maar er wordt slechts in een beperkt aantal gevallen van afgeweken


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ad 3. Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
  • regels die ervoor zorgen dat bestuursorganen bij het nemen van besluiten zorgvuldig en eerlijk omgaan met burgers en bedrijven. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ongeschreven algemene beginselen van behoorlijk bestuur (oa) 
  • Gelijkheidsbeginsel: gelijke gevallen moeten gelijk worden behandeld, art 1 Gw 
  • Rechtszekerheidsbeginsel: de burger moet weten waar hij aan toe is
  • Vertrouwensbeginsel: door een bestuursorgaan gewekt vertrouwen moet worden gehonoreerd, op voorwaarde dat er sprake is van gerechtvaardigde verwachtingen


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ad 4 Jurisprudentie
De verzameling van alle rechterlijke uitspraken heet jurisprudentie. 

Jurisprudentie is een bron van het recht. 




Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ad 5 Verdragen 
Internationale verdragen ter voorkoming van dubbele belasting 


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ad 6
Europese regelgeving. Voor sommige indirecte belastingen zijn er regels die overal in Europa gelden

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem naast de nationale wet- en regelgeving en de verdragen nog minstens een bron van het belastingrecht

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies



Het legaliteitsbeginsel zorgt voor...
timer
0:20
A
Dat er rechtszekerheid is.
B
Dat er geen illegale dingen worden gedaan.
C
Dat de macht eerlijk verdeeld is.
D
Dat rechters onafhankelijk zijn.

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het legaliteitsbeginsel?
A
Naast rechten hebben we ook plichten.
B
Je kan niet twee keer worden vervolgd.
C
Iedere handeling van de overheid moet gebaseerd zijn op een wet.
D
De overheid kan ook strafbaar zijn.

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag!
Zelf lezen: 1.10 (rekenen met belastingen, rekenregels) en 1.11 Toeslagen + samenvatting. 
Maken: opdracht 29.  

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies