V - H5 - Paragraaf 1 + 2

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Maar eerst!

Wat weet je al?

In dit hoofdstuk gaan we veel omrekenen!

1 km = _____ m?

In dit hoofdstuk gaan we veel omrekenen!

1 cm = _____ m?

In dit hoofdstuk gaan we veel omrekenen!

0,25 m = _____ cm?

Op weg naar school fiets je met een snelheid van 18 kilometer per uur.

Wat betekent dat precies?

1. Dat je een minuut doet over 18 km
2. Dat je een seconde doet over 18 km
3. Dat je een uur doet over 18 km
4. Dat je een dag doet over 18 km

Op weg naar school fiets je met een snelheid van 18 kilometer per uur. Je moet 9 km fietsen om op school te komen.
Hoelang doe je er over?

1. 1/6 uur
2. 1/2 uur
3. 1 uur
4. 2 uur

Op weg naar school fiets je met een snelheid van 18 kilometer per uur. Je moet 9 km fietsen om op school te komen.
Hoelang doe je er over?

1. 1/6 uur
2. 1/2 uur
3. 1 uur
4. 2 uur

Hoeveel seconden zitten in een uur

Zet in de juiste volgorde. 

Zet de situatie waarbij de auto het snelst tot stilstand komt bovenaan.

Snelste

Middel

Langzaamste

Nat

Sneeuw

Droog

In het verkeer moet je voortdurend alert blijven op wat er om je heen gebeurt.

In welke situaties reageer je trager dan normaal?

1. De weg is glad
2. Je banden zijn versleten
3. Je bent met je smartphone bezig
4. Je bent dronken

Paragraaf 1: Bewegingen vastleggen

Met het spiegelbeeld

Elke 0,5 s een lichtflits

Een afstand-tijd tabel

Elke 0,5 s een lichtflits

Een afstand-tijd tabel

Elke 0,5 s een lichtflits

Een afstand-tijd tabel

Elke 0,5 s een lichtflits

Een afstand-tijd tabel

Elke 0,5 s een lichtflits

Een afstand-tijd tabel

Afstand-tijddiagram

(s,t)-diagram

Bereken is de afgelegde afstand tussen:

1. t=0,0 s en t=2,0 s

2. t=0,5 s en t=1,0 s

3. t=1,0 s en t=3,0 s

Paragraaf 2: Gemiddelde snelheid

Waarom gemiddelde snelheid?

i

Vgem = Gemiddelde snelheid (m/s)

s = afstand (m)

t = tijd (s)

i

Vgem = Gemiddelde snelheid (km/h)

s = afstand (km)

t = tijd (h)