Gezondheidszorg in Nederland les 3

Gezondheidszorg in NL
Les 3
Aanvulling
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Gezondheidszorg in NL
Les 3
Aanvulling

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les?
  • Taakdelegatie
  • Wet BIG
  • Bijzonder tandheelkunde
  • Preventie

Slide 2 - Tekstslide

Primaire preventie is?
A
Controleren of medicatie nog op orde is.
B
Voorlichting over cariës.

Slide 3 - Quizvraag

Welke vorm van preventie is vroege opsporing of screening?

Slide 4 - Open vraag

Onderwerpen van deze les.
  • Financiering van de gezondheidszorg
  • Financiering van de mondzorg
  • Zorgverzekeringswet (Zvw)
  • Wet langdurige zorg (WLZ)
  • Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)
  • Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg)

Slide 5 - Tekstslide

Wie betaalt de zorg in Nederland?
A
Wij allemaal
B
De overheid
C
Patientenverenigingen
D
De zorgverzekeraars

Slide 6 - Quizvraag

Bijna 100 miljard aan zorgkosten!

Slide 7 - Tekstslide

Dat is gemiddeld €5805,- per jaar per persoon

Slide 8 - Tekstslide

Het financieringsstelsel.

  • Curatieve zorg                 Zvw Verplicht
  • Langdurige zorg             Wlz  
  • Maatschappelijke zorg  Wmo
  • Jeugdzorg                         Jeugdwet
Aanvulling

Slide 9 - Tekstslide

De zorgverzekeringswet
Regelt de verzekering voor het basispakket 
Verplicht voor iedereen 
Verzekeraars mogen niemand weigeren 
Kinderen tot 18 jaar gratis 
Verplicht eigen risico van 385 euro 

Aanvulling

Slide 10 - Tekstslide

Aanvulling

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Aanvulling
CIZ

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 1
De zorgkosten in Nederland lopen steeds verder op.
  • Hoe kunnen de zorgkosten minder? 
  • Geef twee mogelijkheden om kosten te besparen.
  • Lever in.

Slide 16 - Tekstslide

Wat betekent CIZ en wat doen zij?

Slide 17 - Open vraag

Wanneer je een rolstoel nodig hebt wordt dit betaald vanuit de ?
A
WLZ
B
WMO

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Aanvulling

Slide 20 - Tekstslide

Aanvulling

Slide 21 - Tekstslide

Aanvulling

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Opdracht 2
In 2012 is er een experiment geweest met vrije tarieven in de mondzorg.
  • Beschrijf waarom dit experiment niet gelukt is?
  • Lever in.

Slide 25 - Tekstslide

In Nederland zijn steeds meer mensen niet verzekert. Hoe komt dit?

Slide 26 - Open vraag

Geneesmiddelen hoe beheersen we de kosten?
  1. Stimuleren om minder te gebruiken
  2. Voorschrijven van de stofnaam in plaats van de merknaam(Ibuprofen is stofnaam, Advil, Nurofen is zelfde)
  3. GVS Geneesmiddelen VergoedingsSysteem. De overheid bepaald welke groepen medicijnen mogen kosten.

Slide 27 - Tekstslide

Vervolg.
4. Overheid rekent de gemiddelde prijs uit per medicijn op basis van omringende landen.
5. Preverentiebeleid. De  zorgverzekeraar bepaalt wat er vergoedt wordt. Bij meer kosten betaalt de patient bij. 

Slide 28 - Tekstslide

Vervolg
6. Clawback regeling.  Apothekers kochten hun eigen medicatie in . En kregen van grote farmaceutische bedrijven bonussen en kortingen. Deze bedragen werden zo hoog dat de overheid op een bepaald moment is gaan terugvorderen. Clawback.

Slide 29 - Tekstslide

Alle zorgverleners zijn verplicht om noodzakelijke zorg te verlenen ook wanneer de patiënt de kosten niet kan betalen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quizvraag

Mondzorg

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Opdracht 3
Wat wordt er bij jou in de praktijk gedaan om zorgkosten te verminderen?
  • Lever in.

Slide 35 - Tekstslide

Naturapolis ?
Bij een naturapolis betaalt je zorgverzekeraar direct de zorgkosten. Maar alleen de zorg van zorgverleners waarmee de verzekeraar een contract heeft, wordt volledig vergoed.

Slide 36 - Tekstslide

Restitutiepolis?
Bij een restitutieverzekering krijg je bij elke zorgaanbieder een vergoeding en heb je dus meer keuzevrijheid. Ga je naar een zorgverlener waarmee geen contract is afgesloten, dan moet je vaak de rekening voorschieten. Deze kun je later bij je zorgverzekeraar declareren.

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Welke zorg behoort tot de CARE zorg.
A
Langdurige zorg
B
Operatieve zorg

Slide 39 - Quizvraag

Wie heeft er een BIG registratie?
A
Mondhygiënist
B
Tandarts
C
Beide
D
Beide niet

Slide 40 - Quizvraag

Het geven van een poetsinstructie behoort tot welke preventie?

Slide 41 - Open vraag

Welke wet regelt de langdurige zorg?

Slide 42 - Open vraag

In welke wet wordt geregeld dat een patiënt toestemming moet geven voor een behandeling?
A
Wpb
B
Wmo
C
WGBO
D
Zvw

Slide 43 - Quizvraag

In welke wet is geregeld dat patiënten vergoeding ontvangen voor curatieve zorg?
A
PGB
B
WLZ
C
Wkkgz
D
Zvz

Slide 44 - Quizvraag

Waarom wordt marktwerking gestimuleerd?

Slide 45 - Open vraag

Welke organisatie regelt de tarieven in de zorg?
A
NZA
B
CIZ

Slide 46 - Quizvraag

Noen twee functies van een CBT?

Slide 47 - Open vraag

Welke gemeentelijke organisatie is richt zich preventie en gezondheidsbevordering?

Slide 48 - Open vraag

Waar staat EPD voor?

Slide 49 - Open vraag

Wat kan de tandarts het beste op een recept schrijven zodat de apotheker het goedkoopste medicijn kan uitzoeken?
A
Een generiekmiddel
B
Een spécialité
C
Een merknaam
D
Een stofnaam

Slide 50 - Quizvraag

Slide 51 - Tekstslide