H2 - 1.3

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Paragraaf 1.3

Migratie en verstedelijking

Lesdoelen: je weet...

• waarom er een massale trek is van het platteland naar de steden
  
• waarom er een drijvende bevolking is
  
• welke verandering er is in het uiterlijk van steden

Migratie naar de stad

Platteland loopt leeg > door mechanisatie in de landbouw minder mensen nodig > mensen vertrekken naar de stad voor werk/meer geld/luxe.

Urbanisatiegraad

= hoeveel van de mensen in een land, woont in een stad.

In china is de urbanisatiegraad hoog!

1980: 80% op platteland, nu: 60% in stad.

Zonder toestemming verhuizen = illegaal --> geen recht meer op zorg, onderwijs, etc.

= de drijvende bevolking

(mensen die ergens anders staan ingeschreven dan waar ze wonen)

Grote welvaartskloof

Regering wil binnenland China aantrekkelijker maken...

... zodat niet iedereen vertrekt.

--> infrastructuur (=vervoeren) verbeteren

--> bedrijven lokken (door bijv. lage belasting)

De urbanisatie (=verstedelijking) verandert de steden

• traditionele, oude wijken verdwijnen (stadsdorpen)
• worden nieuwe flats omheen gebouwd 

--> woningdichtheid is hoog.

Redenen om te verhuizen

• pushfactoren: redenen om weg te gaan. (push = wegduwen)
• pullfactoren: redenen om hierheen te gaan.
  (pull = aangetrokken)

Kenmerken van opkomende landen:

• de economie groeit snel.
• lage inkomens (BNP).
• grote sociale en regionale ongelijkheid.

Globalisering

Voordeel = welvaart, economische groei

Nadeel = vervuiling, grotere ongelijkheid, etc.

Maken...

Paragraaf 1.2 --> 1, 2, 4 ,5 ,6, 9.

Paragraaf 1.3 --> 1, 2, 3, 4, 6abc.