Perifeer infuus

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les kunnen jullie de redenen op te noemen voor een perifeer infuus.


  • Aan het einde van de les weten jullie de complicaties van een perifeer infuus op te noemen. 

Slide 2 - Tekstslide

Een perifeer infuus is...
Een naald waarmee je een korte flexibel canule in een perifere ader inbrengt.
  1. Parenteraal.
  2. Geeft je toegang tot het veneuze vaatstelsel van de zorgvrager.
  3. Op het perifeer infuus kun je een infuussysteem aansluiten om vloeistoffen toe te dienen.


Slide 3 - Tekstslide

Indicaties voor een infuus?

Slide 4 - Open vraag

Indicaties
  1. Toedienen van vocht 
  2. Herstellen van de zuurbaseverhouding
  3. Toedienen van bloed
  4. Toedienen van voeding (TPV)
  5. Toedienen van medicatie 
  6. Het openhouden van een ader (waakinfuus)
 

Slide 5 - Tekstslide

Vochttoediening 
  1.  Wanneer de opname van vocht via het spijsverteringskanaal gestoord of ongewenst is.
  2. Vochttoediening heeft een herstellende functie: -  de vocht- en de elektrolytenbalans - preventieve functie.


  • Onvoldoende vochtopname (bij verwaarlozing of na een operatie)
  • Groot vochtverlies, door braken en/of diarree
  • Koorts



Slide 6 - Tekstslide

Waar of niet waar:
Glucose 10% (infuuszak) is een hypertoon vloeistof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Waar of niet waar

NaCl 0,9% is een isotoon vloeistof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Hypertoon

- Concentratie stoffen hoger dan in het bloed



Hypotoon

- Concentratie stoffen lager dan in het bloed

Isotoon
- Concentratie stoffen gelijk in het bloed

Slide 9 - Tekstslide

Vervangingstherapie
Wanneer een zorgvrager stoffen verliest bv. als gevolg van diarree en braken.

Correctietherapie
Wanneer de zuurgraad van het bloed te hoog of te laag is.


Slide 10 - Tekstslide

PH waarde in het bloed
A
tussen 6,35 en 6,45
B
tussen 6,45 en 7,35
C
tussen 7,35 en 7,45

Slide 11 - Quizvraag

Voeding TPV
Totale parenterale voeding via CVK/PICC-lijn

Indien er sprake is van een onaangename voedings­toestand en er contra-indicaties zijn voor enterale voeding
Mechanische obstructie
Gastro-intestinale ischemie

Bij onvermogen om vol­doende nutriënten via de enterale route op te nemen
Short bowel syndroom
Ernstige malabsorptie (dunne darm)
Radiatie enteritis  (endeldarm)

Slide 12 - Tekstslide

Indicaties voor het toedienen van medicijnen via een perifeer infuus

Slide 13 - Open vraag

Indicatie medicijnen
  1. Wenselijk snel therapeutisch effect van het geneesmiddel
  2. Wanneer het geneesmiddel niet op een andere wijze mag worden toegediend omdat het toxisch is voor het weefsel van de spieren
  3. Niet in staat is het geneesmiddel op een andere manier in te nemen
  4. Niets per os mag hebben
  5. Wanneer medicijnen in het maag-darmkanaal worden afgebroken 

Slide 14 - Tekstslide

Waakinfuus
Om een directe toegang te hebben tot de bloedbaan bij calamiteiten.

Toegang tot de bloedbaan voor intermitterend toedienen van i.v. medicatie.

Slide 15 - Tekstslide

Plaatsbepaling door:
  1. - Voorkeur cliënt;
  2. - Vitaliteit venen;
  3. - Rollende en of verharde venen;
  4. - Contra indicatie van de armen door parese, trombose, of lymfe oedeem na een mama amputatie;
  5. -Shunt;
  6. - Groot trauma aan ledemaat.



Slide 16 - Tekstslide

Complicaties
  1. Hematoomvorming
  2. Infectie rondom insteekopening
  3. Sepsis
  4. Flebitis
  5. Allergische reactie
  6. Luchtembolie
  7. Subcutaan inlopen infuusvloeistof


Slide 17 - Tekstslide

Complicaties bij een perifeer infuus

Slide 18 - Open vraag

Flebitis
Ontsteking van een vene 
In het gebied boven het katheteruiteinde, vervolgens zich uitbreidend over het verloop van de vene:
  • Pijn
  • Gevoeligheid
  • Roodheid
  • Lokale warmte
  • Zwelling
  • Brandend gevoel
  • Harde vene / bindweefselvorming
  • Pus in / rondom insteekopening
  • Koorts
  • Ongemak of het niet gebruiken van betreffende ledemaat

Slide 19 - Tekstslide

Oorzaken flebitis
Mechanische irritatie; continue contact van de katheter met de vaatwand
Chemische irritatie; door de oplossing/vloeistof
Microbiologisch; groei en invasie van bacteriën rondom de insteekplaats

Slide 20 - Tekstslide

Locaties
Handrug: vena metacarpalis dorsalis

                          Onderarm: ventraal = duim zijde = vena cephalica Onderbeen: vena tibialis posterior
Voet:  vena dorsalis pedis



Slide 21 - Tekstslide

Infuuspompen
- Infuuspomp, volumetrische pomp
- Perfusor (Spuitpomp)
- Patient Controlled Analgesia (PCA)
 

Slide 22 - Tekstslide

Belangrijk bij een infuuspomp
- Controle!!
-  Als de vloeistof subcutaan loopt, stopt de vloeistofstroom niet. 


Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Tekstslide