- 1.2.1 Je kunt benoemen wat je met je zintuigen kunt waarnemen.
- 1.2.2 Je kunt beschrijven hoe je voorzichtig aan onbekende stoffen moet ruiken.
- 1.2.3 Je kunt uitleggen waarom je bij natuurkunde/scheikunde nooit mag proeven van een stof.
- 1.2.4 Je kunt beschrijven wat de onderzoeksvraag en de conclusie van een onderzoek zijn.