9/10 april: Instructie 7.6 Leenwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

9/10 april: Instructie 7.6 Leenwoorden

Mavo 2 periode 4 

week 15 2e les (9/10 april)

evt. LAPTOP NODIG voor online oefeningen

Welkom 

plattegrond: van mentor

Planning

Lezen: Wojtek blz. 90

Startopdracht

Instructie 7.6 Leenwoorden

~pauze~

Zelfstandig oefenen 7.6, en verder met 7.5 en 7.4 

Afsluiting

Startopdracht

vragen bij Wojtek??

1. maart

2. dinsdag

3. blad (van een boom)

4. bn van plastic

5. bn van lekker 

6. mv van brief

7. mv van gans

8. verkleinwoord van koning

9. verkleinwoord van pink

10. verkleinwoord van worm

Huiswerk check✓

Online 7.4 en 7.5 geoefend thuis? Met meervouden en verkleinwoorden?

Doel 7.6

•  Je leert Engelse en Franse leenwoorden goed spellen. 

Leenwoorden

Woorden uit het Engels en Frans die in het Nederlands zijn terecht gekomen. 

Welke leenwoorden ken jij? 

Hoe moet je ze in het Nederlands schrijven? 

7.6 Leenwoorden blz. 238

Afspraken over het schrijven van Engelse leenwoorden:

> Een samenstelling van Engelse woorden schrijf je als één woord: 

    Bijv. latenightshow, voicemail. 

> Als het rechter deel van de samenstelling een Engels voorzetsel is, plaatst        je een koppelteken: 

    Bijv. time-out, all-in

7.6 Leenwoorden blz. 238

Afspraken over het schrijven van Franse leenwoorden:

> In sommige Franse woorden schrijf voor de uitspraak

    op de klinker een é: decolleté

    of een è: crème

    of een ê: enquête

    

> Andere Franse leenwoorden schrijf je zonder accenttekens: 

    Bijv. controle, diner 

Inoefenen

Luister naar de Franse leenwoorden en streep ze af. 

1. meneer Van Dalen

2. Gert de Groot

3. glad 

4. duizendvoud

5.  bn van langzaam: de ....... boot 

6. bn van glas: de ...... fles

7.  mv van fietsdief

8. mv van bezem

9. verkleinwoord van bodem

10. verkleinwoord van lieveling

Inoefenen

Luister naar de Engelse leenwoorden en streep ze af.

1. meneer Van Dalen

2. Gert de Groot

3. glad 

4. duizendvoud

5.  bn van langzaam: de ....... boot 

6. bn van glas: de ...... fles

7.  mv van fietsdief

8. mv van bezem

9. verkleinwoord van bodem

10. verkleinwoord van lieveling

~pauze~

Aan het werk

Maak opdracht 1 en 3 en 4 van blz. 238/239. 

Schrijf de antwoorden in je schrift. 

Oefen online cursus 7. 

Afsluiting

Check de doelen bij jezelf: 

1. Je weet hoe je de onderdelen hoofdletters, leestekens, laatste letter t/d, bijvoeglijke naamwoorden, meervouden en verkleinwoorden goed moet schrijven. 
2. Je weet wanneer je een komma, dubbele punt en aanhalingstekens schrijft. 
3. Je weet hoe je meervouden en verkleinwoorden moet schrijven.
4. Je weet hoe je leenwoorden uit het Engels en Frans moet schrijven. 

Volgende les 15 april: 

SO spelling

 Huiswerk 15 april:

Oefen online met spelling cursus 7: 7.10 is een goede oefening. 

Leer de theorie van 7.1 t/m 7.5 voor de SO.

 Agenda: 

15 april: SO spelling cursus 7