les4

Leerdoelen vorige lessen:
  • je weet wat inkomsten zijn.
  • je weet wanneer sprake is van inkomsten in geld.
  • je weet wanneer sprake is van inkomsten in natura.
  • je weet wanneer sprake is van inkomsten met tegenprestatie.
  • je weet wanneer sprake is van inkomsten zonder tegenprestatie.
  • je weet hoe je van maand naar kwartaal rekent en omgekeerd.
  • je weet hoe je van maand naar jaar rekent en omgekeerd.
  • je weet hoe je van week naar jaar rekent en omgekeerd.
  • je weet hoe je van dag naar jaar rekent en omgekeerd.
  • je weet hoe je diverse getallen moet afronden.
  • je weet wat een tabel is.
  • je weet hoe je een tabel moet lezen.
  • je weet wat het minimumjeugdloon inhoud.
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen vorige lessen:
  • je weet wat inkomsten zijn.
  • je weet wanneer sprake is van inkomsten in geld.
  • je weet wanneer sprake is van inkomsten in natura.
  • je weet wanneer sprake is van inkomsten met tegenprestatie.
  • je weet wanneer sprake is van inkomsten zonder tegenprestatie.
  • je weet hoe je van maand naar kwartaal rekent en omgekeerd.
  • je weet hoe je van maand naar jaar rekent en omgekeerd.
  • je weet hoe je van week naar jaar rekent en omgekeerd.
  • je weet hoe je van dag naar jaar rekent en omgekeerd.
  • je weet hoe je diverse getallen moet afronden.
  • je weet wat een tabel is.
  • je weet hoe je een tabel moet lezen.
  • je weet wat het minimumjeugdloon inhoud.

Slide 1 - Tekstslide

Vragen over het huiswerk?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Leerdoelen deze les:
  • je weet wat een werkgever is.
  • je weet wat een werknemer is.
  • je weet wat loon is.
  • je weet het verschil tussen loon in geld en loon in natura.
  • je kent de regels voor scholieren tot ze 18 jaar zijn.

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk volgende les
Maken de opdrachten van: 
Hoofdstuk 1
Paragraaf 4

Bijverdienen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 1
Roxanne heeft als bijbaantje in haar vrije tijd:  werken in een schoenenwinkel.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 2
Dit werk is geschikt voor scholieren omdat ze niet onder schooltijd hoeft te werken.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 3
Deze week heeft Roxanne 5 uur gewerkt, ze heeft dus 5x3 = € 15,- verdient.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 4
De medewerkers die ouder zijn dan Roxanne verdienen een lager - hoger loon.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 5
Als Roxanne 2 uur werkt, verdient ze daarmee dus 2x3 = 
€ 6,-

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 6
In deze twee zaterdagen verdient ze dus 6,5x3 = € 19,50

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 7
Jan gebruikt de tabel voordat hij de lonen gaat uitbetalen, zodat hij weet wie welk bedrag krijgt.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 8
De tabel gaat over de vrijdag.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 9
In totaal is er die dag door 4 mensen gewerkt. Gezamelijk gaat het over 12 uur.

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 10
Eigen voorbeeld.

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht 11
De titel van deze tabel is: daglonen medewerkers in euro's.

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht 12
Jan rekent zelf geen lonen uit omdat er dan fouten gemaakt kunnen worden door Jan.

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 13
Het loon in de tabel is dagloon, dus antwoord A is juist.

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht 14
De getallen in de tabel zijn euro's, dus antwoord A.

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht 15
Roxanne: 15 jaar oud en 3 uur gewerkt, 
verdient die dag € 9,-

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht 16
Emir: 17 jaar oud en 4 uur gewerkt,
verdient die dag € 13,60

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht 17
De tweede kolom met daglonen is voor medewerkers die 13 of 14 jaar oud zijn.

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 18
De getallen in de 7e rij zijn de lonen voor mensen die 7 uur gewerkt hebben op een dag.

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht 19
Gekleurd moet zijn de 3e kolom, die begint met € 2,60 en doorloopt tot € 15,60

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht 20
Gekleurd moet zijn de 4e rij.
Die begint met € 9,0 en doorloopt tot € 13,60

Slide 27 - Tekstslide

Opdracht 21
Het minimumjeugdloon is het loon volgens de wet waar jongeren minimaal recht op hebben.

Slide 28 - Tekstslide

Opdracht 22
Het minimumloon voor Roxanne is € 3,18 per uur.

Slide 29 - Tekstslide

Opdracht 23
Roxanne verdient dus precies het minimumjeugdloon, antwoord A is het goede antwoord.

Slide 30 - Tekstslide

Opdracht 24
Radin verdient dan € 110,37 per week.

Slide 31 - Tekstslide

Opdracht 25
Emma verdient dan per maand € 757,25

Slide 32 - Tekstslide

Opdracht 26
Roxanne verdient per uur € 3,18
Emma verdient per uur € 4,37

Emma verdient dus per uur € 1,19 meer.

Slide 33 - Tekstslide

Opdracht 27
Het sterretje achter gewerkte uren betekent dat er een opmerking bij is. Deze staat onderin vermeld: de gewerkte uren zijn zonder pauzes!

Slide 34 - Tekstslide

Opdracht 28
Een sterretje wil zeggen dat er in 1 door 1,8 kilo bessen zit.

Slide 35 - Tekstslide

Opdracht 29
Twee sterretjes wil zeggen dat er in 1 kist 4 kilo bessen zit.

Slide 36 - Tekstslide