Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
1.1 modern land
§1 De late industrialisatie van Nederland
1 / 33
volgende
Slide 1:
Tekstslide
In deze les zitten
33 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
§1 De late industrialisatie van Nederland
Slide 1 - Tekstslide
Wat is niet door Willem I gerealiseerd?
A
De Nederlandse-Handels maatschappij
B
Spoorlijnen in Noord-Holland
C
Kanalen in het Oosten van het land
D
De Nederlandse Bank
Slide 2 - Quizvraag
Wat hoort niet bij Willem I?
A
Kanalen
B
Luchtvaart
C
Spoorwegen
D
Textielindustrie
Slide 3 - Quizvraag
Wat laat Willem I aanleggen?
A
Spoorlijnen
B
Nieuwe steden
C
Grensmuren
D
Kanalen
Slide 4 - Quizvraag
Wat was Willem I niet?
A
Kanalenkoning
B
Koning van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
C
Zoon van stadhouder Willem van Oranje
D
Koning van Frankrijk
Slide 5 - Quizvraag
Wat wilde koning Willem I
A
Nederland armer maken
B
Nederland rijk maken
C
Alles het zelfde houden
D
Gezellig friet eten met België
Slide 6 - Quizvraag
Waarom koos Willem I juist voor Twente als textielindustrie-gebied?
A
Daar was hoge werkloosheid
B
Ligt dichtbij Duitsland, makkelijker voor de handel
C
In Twente had men al wat verstand van textiel
D
Daar zaten rijke ondernemers
Slide 7 - Quizvraag
De industriële revolutie begon daar omdat:
A
Daar de meeste fabrieken waren
B
Zij beschikten over grondstoffen
C
De Engelsen fabrieken stichtten in kolonien
D
Er te weinig mensen op het platteland leefden
Slide 8 - Quizvraag
Wat was geen oorzaak van de industriële revolutie?
A
Ontwikkeling machines
B
Winstgevende handel
C
Herinrichting Britse kiesdistricten
D
Grondstoffen en plantageproducten
Slide 9 - Quizvraag
Wat is de industriële revolutie?
A
De overgang van jagen en verzamelen naar de landbouw
B
De trek van het platteland naar de stad
C
De overgang van werken met de hand naar werken met machines
D
Grote groepen arbeiders die in fabrieken werken.
Slide 10 - Quizvraag
Wat was geen gevolg van de industriële revolutie?
A
Oprichting East India Company (EIC)
B
Groeiende steden
C
Groeiende bevolking
D
Grotere vraag (huishoud)textiel
Slide 11 - Quizvraag
Is deze afbeelding van voor of na de Industriële revolutie?
A
Voor
B
Na
Slide 12 - Quizvraag
Is deze afbeelding van voor of na de Industriële revolutie?
A
Voor
B
Na
Slide 13 - Quizvraag
Wat is de industriële revolutie?
A
De omschakeling van korfbal naar voetbal
B
De omschakeling van machines naar thuiswerk
C
De omschakeling van het boerenleven naar stadsleven
D
De omschakeling van thuiswerken naar machinewerk
Slide 14 - Quizvraag
Als gevolg van de industriële revolutie ....
A
daalde het bevolkingsaantal
B
groeide het bevolkingsaantal
C
groeide de bevolking op het platteland
D
daalde het aantal mensen in de steden.
Slide 15 - Quizvraag
Voor de Industriële Revolutie....
A
Leefde het grootste deel van de bevolking in de stad
B
Leefde de helft van de bevolking in de stad en de andere helft op hjet platteland
C
Leefde het grootste deel van de bevolking op het platteland
D
Waren er nauwelijks steden
Slide 16 - Quizvraag
Wat was niet een oorzaak van de industriële revolutie?
A
Huisnijverheid: boeren wilden meer machines
B
Grondstoffen: grote hoeveelheden steenkool en ijzererts, en katoen uit de kolonies.
C
Verbeteringen in de landbouw leidden tot een voedsoverschot
D
Bevolkingsgroei: sterftecijfer daalde doordat er meer voedsel beschikbaar was
Slide 17 - Quizvraag
Industriële Revolutie
wat klopt niet?
A
betekent dat handenarbeid wordt vervangen door machines
B
betekent dat huisnijverheid vervangen wordt door fabrieksarbeid
C
leidde tot minder welvaart
D
leidde tot de sociale kwestie
Slide 18 - Quizvraag
Deze les gaat over de industriële revolutie.
Wanneer was de industriële revolutie?
A
In de 18e eeuw
B
In de 19e eeuw
C
In de 20e eeuw
D
In de 21e eeuw
Slide 19 - Quizvraag
Wat zal er door de Industriële revolutie veranderen?
A
Engeland heeft India niet meer nodig
B
India stopt met textiel leveren aan Engeland
Slide 20 - Quizvraag
Wat is de Industriële Revolutie?
A
De overgang van jagen en verzamelen naar de landbouw
B
De trek van het platteland naar de stad
C
De overgang van werken met de hand naar werken met machines
D
Grote groepen arbeiders die in fabrieken werken.
Slide 21 - Quizvraag
noem de reden dat Koning Willem I de textielindustrie in Twente als eerste opstartte
A
daar was genoeg ruimte voor nieuwe fabrieken
B
er was daar al huisnijverheid
C
Belgische en Engelse textielarbeiders gingen daarnaartoe
D
arbeidskosten lagen in Twente lager dan elders in het land
Slide 22 - Quizvraag
Is het een feit of een mening?
Kies de zinnen die een MENING bevatten.
A
In Twente was veel textielindustrie.
B
In Twente maakte men vroeger mooiere textiel dan tegenwoordig.
C
Het is gemeen dat arbeiders werden uitgebuit.
D
Met machines kon men sneller en meer produceren.
Slide 23 - Quizvraag
Wat was de oorsprong van de Twentse textielindustrie?
A
de landbouw
B
de handel
C
de huisnijverheid
D
de gilden
Slide 24 - Quizvraag
Sleep de zinnen naar het goede vak: Past wel of niet bij de Industriele Revolutie.
Past wel bij de Industriele
Revolutie
Past niet bij de Industriele Revolutie
kolen als energiebron
VOC
Verandering in transport van goederen
Mensen trekken van platteland naar de stad.
Verandering in ziekenverzorging
Slide 25 - Sleepvraag
Voor de Industriele Revolutie
Na de Industriele Revolutie
fabrieken
kapitalisme
landbouwsamenleving
handwerkers
huisnijverheid
spinmachine
Slide 26 - Sleepvraag
Begin
Begin van de industriële revolutie
Slide 27 - Sleepvraag
Voor de industriële revolutie
Na de Industriële Revolutie
auto
fiets
boot
paard
vliegtuig
tram
Koets
trekschuit
Slide 28 - Sleepvraag
Modern Imperialisme
Sociale kwestie
Industriële revolutie
Slide 29 - Sleepvraag
Hoort bij de industriële revolutie
Hoort
niet
bij de industriële revolutie
Slide 30 - Sleepvraag
Sleep het rondje naar de afbeelding van de industriële revolutie
Slide 31 - Sleepvraag
Zijn de situaties voor of na de Industriële revolutie?
Voor
Na
Slide 32 - Sleepvraag
Zet de begrippen bij de juiste periode (vóór de industriële revolutie of industriële revolutie)?
Industriële revolutie
vóór de industriële revolutie
fabrieken
huisnijverheid
landbouw
stoommachine
slechte werkomstandigheden
stad
platteland
Slide 33 - Sleepvraag
Meer lessen zoals deze
Oefentoets par 1 en 2
September 2024
- Les met
28 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Waar voetbal begon - Textielstad Enschede
December 2022
- Les met
18 slides
door
Beeld en Geluid Onderwijs
Maatschappijkunde
Geschiedenis
+4
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1-3
Beeld en Geluid Onderwijs
Laatste quiz par 1 en 2
September 2024
- Les met
17 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Project Jong en Oud - Twentse textielindustrie
September 2023
- Les met
17 slides
Geschiedenis
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
/8.3.4 Gebroken ketenen 27/2 en 1/3
Februari 2024
- Les met
28 slides
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Oefentoets
September 2023
- Les met
27 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
2 Industriele revolutie in Nederland
Juni 2021
- Les met
24 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Par 1.3 Het leven verandert
Oktober 2020
- Les met
36 slides
Geschiedenis
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3