Taal blok 6, les 11 'verschillende soorten zinnen'

Taal les 11, blok 6
Je leert dat er verschillende soorten zinnen zijn.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Taal les 11, blok 6
Je leert dat er verschillende soorten zinnen zijn.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wie zegt een zin waarin iets gevraagd wordt?
A
juf
B
Seger
C
Maura

Slide 3 - Quizvraag

Wie zegt een zin waarin je iets moet doen!
A
juf
B
Seger
C
Maura

Slide 4 - Quizvraag

Wie zegt een zin waarin iets verteld wordt.
A
juf
B
Seger
C
Maura

Slide 5 - Quizvraag

"gewone zinnen" of mededeling
Zinnen waarin iets gezegd of verteld wordt.
Ik kom bij je spelen.
Hij moest heel hard lachen.
Aan het eind van een mededeling staat een punt.


Slide 6 - Tekstslide

vraag
Zinnen waarin iets gevraagd wordt.
Ga je mee?
Lust je ook graag een ijsje?
Aan het eind van een vraag staat een vraagteken ?


Slide 7 - Tekstslide

bevel
Zinnen die zeggen dat je iets moet.
Loop door!
Hou op!
Aan het eind van een zin met een bevel staat een uitroepteken of een punt .!


Slide 8 - Tekstslide

uitroep
Zinnen die iets uitroepen, waarschuwing.
Wat is dat fijn!
Pas op!
Aan het eind van een uitroep staat een uitroepteken!


Slide 9 - Tekstslide

Wat moet er achter de zin staan?
Wie gaat er mee kamperen
A
?
B
!
C
.

Slide 10 - Quizvraag

Wat staat achteraan?
We slapen in een tent
A
?
B
!
C
.

Slide 11 - Quizvraag

Wat schrijf je achteraan?
Praat niet zoveel
A
?
B
!
C
.

Slide 12 - Quizvraag

En bij deze zin?
Het is de verjaardag van oma
A
?
B
!
C
.

Slide 13 - Quizvraag

Wat staat hier achteraan?
Waar zijn we nu
A
?
B
!
C
.

Slide 14 - Quizvraag

En deze?
Ga je spullen pakken
A
?
B
!
C
.

Slide 15 - Quizvraag

Bedenk nu zelf een vraag.

Slide 16 - Open vraag

Schrijf een bevel!

Slide 17 - Open vraag

Schrijf een mededeling.

Slide 18 - Open vraag

Welke vier soorten zinnen heb je nu geleerd?

Slide 19 - Open vraag

De taalles is nu afgelopen.
Wat vond je van deze taalles?
A
Leuk!
B
Geweldig!
C
Fantastisch!
D
Super!

Slide 20 - Quizvraag