natuur en scheikunde in de bovenbouw - uitleg klas 2

Nask-1 en Nask-2 in de bovenbouw
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nask-1 en Nask-2 in de bovenbouw

Slide 1 - Tekstslide

waarom een combinatie vak?
In klas 2 wordt NASK gegeven, dit is een combinatie van natuurkunde en scheikunde. Deze vakken hebben veel overlap, dat wil zeggen dat sommige onderwerpen of hoofdstukken bij beide vakken terug komen. Dit maakt het vak geschikt om in klas 2 gezamenlijk te onderwijzen. Je krijgt zo van beide vakken een beetje kennis mee. In de bovenbouw wordt er dieper in gegaan op de onderwerpen.

Slide 2 - Tekstslide

hoofdstukken mavo 2
Hst 1 stoffen (beide, maar merendeels scheikunde)
Hst 2 water  (beide, maar merendeels natuurkunde)
Hst 3 lucht (beide, maar merendeel natuurkunde)
Hst 4 elektriciteit (natuurkunde)
Hst 5 beweging (natuurkunde)
Hst 6 geluid (natuurkunde)
Hst 7 licht (natuurkunde)

Slide 3 - Tekstslide

NASK 1
NASK 1 staat voor natuurkunde, het gaat hier om de verschijnselen die je dagelijks kunt waarnemen zoals warmte, elektriciteit, licht en kleuren, geluid, krachten zoals zwaartekracht, een regenboog of bliksem, etc. (macroniveau = op grotere schaal)

Slide 4 - Tekstslide

Onderwerpen Nask-1
stoffen en materialen
elektrische energie
verbranden en verwarmen
licht en beeld
geluid
kracht en veiligheid
bouw van de materie
straling en stralingsbescherming
het weer
veiligheid in het verkeer
contructies








Slide 5 - Tekstslide

vereisten
voor NASK1 moet je kunnen rekenen en tekenen! 

je moet met formules, grafieken en getallen overweg kunnen. goed zijn in wiskunde helpt!

je moet nauwkeurig en precies zijn om goed te kunnen tekenen.

Slide 6 - Tekstslide

Op een röntgenfoto zijn nooit weke delen, zoals organen zichtbaar. Kan de foto hiernaast een röntgenfoto zijn?
A
Ja
B
Nee
C
Dat kun je niet zeggen

Slide 7 - Quizvraag

Ieder apparaat heeft een typeplaatje hierop staan de specificaties van dit product. Bekijk het typeplaatje hiernaast. Hoe groot is de spanning van dit apparaat? Spanning meet je in volt.
A
10
B
2200
C
230
D
59

Slide 8 - Quizvraag

Waar zou dit symbool op kunnen staan?
A
Appel
B
Papiertje
C
Plastic fles
D
Elektrisch apparaat

Slide 9 - Quizvraag

Er werkt een zwaartekracht van 300N. De krachtenschaal is als volgt:

1cm = 50N

Hoe groot moet de pijl worden om een kracht van 300N weer te geven?
A
6,0 cm
B
6,5 cm
C
7,0 cm
D
7,5 cm

Slide 10 - Quizvraag

beroepen NASK 1

Slide 11 - Tekstslide

beroepen NASK 1

Slide 12 - Tekstslide

beroepen NASK 1
- licht en/of geluidstechnicus
-architect
- opticien
- elektricien
- radioloog (rontgenstraling, mri, echo)
- programmeur
- automonteur

Slide 13 - Tekstslide

beroepen NASK 1
- fotografie/film/media
- onderzoeker
- productontwikkelaar
- bouwkunde
- timmerman
- CV-monteur
- energiebranche —>zonnecellen, windmoles

Slide 14 - Tekstslide

beroepen NASK 1
- logistiek
- tuinbouw
- (verloskunde)
- astronoom
- metereoloog
etc

Slide 15 - Tekstslide

Licht en beweging 

Sportanalyse, fotografie, lichttechnicus, etc

Slide 16 - Tekstslide

practicum licht/fotografie

Slide 17 - Tekstslide

NASK-2
NASK2 staat voor scheikunde (chemie) bij chemie wordt er naar de structuur/opbouw van stoffen gekeken en naar de reacties die stoffen met elkaar aangaan. (microniveau = het gaat om erg kleine deeltjes)


Slide 18 - Tekstslide

onderwerpen NASK-2
stoffen scheiden
concentratie
metalen en niet metalen
aardoliefracties
reactievergelijkingen
neerslagreacties
structuur en molecuulformules

Slide 19 - Tekstslide

vereisten NASK-2
nauwkeurig kunnen werken i.v.m. practica

rekenen met verhoudingstabellen

Slide 20 - Tekstslide

Welk gas ontstaat er NIET bij een volledige verbranding?
A
Waterdamp
B
Koolstofdioxide
C
Koolstofmonoxide

Slide 21 - Quizvraag

Hoe korten we in de scheikunde stikstof af?
A
O
B
C
C
S
D
N

Slide 22 - Quizvraag

Water noemt men hydrofiel. Stoffen die niet goed mengen met water, zoals slaolie, noemt men hydrofoob. Wasbenzine is een vettige stof. Wat is waar over wasbenzine? Meerdere antwoorden mogelijk.
A
Wasbenzine is hydrofiel
B
Wasbenzine is hydrofoob
C
Was benzine mengt goed met slaolie
D
Wasbenzine mengt goed met water

Slide 23 - Quizvraag

De reactievergelijking voor een volledige verbranding is als volgt:

CH4 + 2 O2 —> CO2 + ? H2O

Wat komt er op de plaats van het ?-teken om de reactie kloppend te maken? (Tel aantal H’tjes voor en na de pijl)
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 24 - Quizvraag

De concentratie zout dat is opgelost in water is 0,3g/L. Hier staat letterlijk dat in 1L water 0,3 gram zout in zit opgelost. Hoeveel gram zout moet ik in 3,0L water oplossen om dezelfde concentratie te krijgen?
A
0,3g
B
0,6g
C
0,9g
D
1,2g

Slide 25 - Quizvraag

beroepen NASK2 (scheikunde)
u       scheikunde (chemie) = NASK2

Slide 26 - Tekstslide

beroepen nask 2 (scheikunde)
- tandartsassistente
- dierenartsassistente
- apothekersassistente
- chemisch analist (bijv. cosmetica, voedsel, brandstof, etc)
- forensisch analist 
- dietist
- goudsmidt / edelsmidt (sieraden)
- etc

Slide 27 - Tekstslide

practicum indicatoren

Slide 28 - Tekstslide

Havo
Wil je nog de havo doen nadat je de mavo hebt afgesloten en je hebt de vakken Nask-1 en Nask-2. Dan hou je nog vier profielen over waar je uit kan kiezen om op de HAVO te gaan doen.

Slide 29 - Tekstslide

Beroepen zonder NASK

Slide 30 - Tekstslide

Beroepen zonder NASK

Slide 31 - Tekstslide

beroepen zonder NASK
- verzorgende (verpleegkunde)
- sportinstructeur
- politie / leger
- docent
- schoonheidsspecialiste / visagiste
- kapster
- leidster kinderdagverblijf
Je hebt geen NASK nodig voor deze beroepen, dus je hoeft geen NASK te kiezen, maar je MAG het uiteraard wel kiezen!

Slide 32 - Tekstslide

beroepen zonder NASK
- boekhouder
- stewardess
- archeoloog
- horeca
- makelaar
- bakker
- etc
Je hebt geen NASK nodig voor deze beroepen, dus je hoeft geen NASK te kiezen, maar je MAG het uiteraard wel kiezen!

Slide 33 - Tekstslide

Ik denk er over om NASK1 en NASK-2 te kiezen.
A
Ja
B
Nee

Slide 34 - Quizvraag

Ik denk er over om Gs en Ak te kiezen.
A
Ja
B
Nee

Slide 35 - Quizvraag