Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Quiz voor de herfstvakantie
Tijd voor de herfstvakantiequiz!
Maak groepjes van 3 en ga zo zitten dat iedereen het bord goed kan zien.
1 / 54
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
In deze les zitten
54 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Tijd voor de herfstvakantiequiz!
Maak groepjes van 3 en ga zo zitten dat iedereen het bord goed kan zien.
Slide 1 - Tekstslide
Afspraken tijdens de quiz
Gebruik geen hulpmiddelen.
Houd de antwoorden voor jezelf.
Geef zo snel mogelijk een antwoord.
Vul iedere bij iedere vraag een antwoord in.
Slide 2 - Tekstslide
Uitleg quiz
rondes
onderwerpen
vragen
Slide 3 - Tekstslide
Rondes
Algemene kennis
Leestekens
samenstellingen
werkwoorden
nieuws
Slide 4 - Tekstslide
RONDE 1:
algemene kennis
🎉
Slide 5 - Tekstslide
Hoeveel woorden rijmen er op het woord 12
A
26
B
46
C
16
D
0
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de meest voorkomende naam van de wereld?
A
Steve
B
Ali
C
Mohammed
D
Jan
Slide 7 - Quizvraag
In welk jaar werd de euro ingevoerd in Nederland?
A
2001
B
2000
C
2002
D
2003
Slide 8 - Quizvraag
Hoeveel dagen doet de aarde erover om één keer rond de zon te draaien?
A
365
B
12
C
52
D
4
Slide 9 - Quizvraag
Welke sport wordt ook wel ''de moeder der sport'' genoemd?
A
Voetbal
B
Hockey
C
Volleybal
D
Atletiek
Slide 10 - Quizvraag
Vanaf welke leeftijd mag je (legaal) een trekker besturen?
A
15
B
16
C
17
D
18
Slide 11 - Quizvraag
Wat betekent ''Hakuna matata'' uit de Lion King?
A
Maak je niet druk
B
Heb geen zorgen
C
Kalmte kenmerkt de zeeman
D
Doe rustig vriend
Slide 12 - Quizvraag
Volgens het oude spreekwoord leiden meerdere wegen naar
A
Praag
B
Parijs
C
Maaskantje
D
Rome
Slide 13 - Quizvraag
Welke kleur had Coca Cola oorspronkelijk?
A
Geel
B
Rood
C
Groen
D
Zwart
Slide 14 - Quizvraag
Hoeveel kegels kan je omgooien met Bowlen?
A
9
B
10
C
5
D
20
Slide 15 - Quizvraag
RONDE 2: Leestekens
🎉
Slide 16 - Tekstslide
Het Dagblad van het Noorden gebruikte een citaat om een punt duidelijk te maken.
Wat betekent citaat?
A
een letterlijk weergegeven tekst
B
een spreekwoord
C
een feitelijk onderzoek
Slide 17 - Quizvraag
'Vanmiddag om vier uur gaan we terug', zei hij.
A
citaat
B
geen citaat
Slide 18 - Quizvraag
Chaima riep: "Kom snel hier!"
Welke uitspraak klopt bij dit citaat:
A
Deze uitspraak begint met het citaat
B
Deze uitspraak eindigt met het citaat
Slide 19 - Quizvraag
Neem de zin precies over en zet de leestekens op de goede plek:
Vandaag hebben we wiskunde Nederlands en biologie maar morgen hebben we vakantie
Slide 20 - Open vraag
Neem de zin precies over en zet de leestekens op de goede plek:
Over 6 uur hebben we herfstvakantie zei Loeke of Chrisje
Slide 21 - Open vraag
Jan vertelde: ´Ik heb mijn buurman uit het kanaal gered.´
A
dit is een citaat
B
dit is geen citaat
C
de leestekens kloppen niet
D
dit is een uitdrukking
Slide 22 - Quizvraag
Hoe heten de leestekens die hierboven staan? Sleep de juiste naam naar het juiste leesteken.
aanhalingsteken
komma
punt
puntkomma
vraagteken
Slide 23 - Sleepvraag
RONDE 3: Samenstellingen
🎉
Slide 24 - Tekstslide
Schrijf de samenstelling goed:
aap + trots
Slide 25 - Open vraag
Schrijf de samenstelling goed:
krant + jongen
Slide 26 - Open vraag
Schrijf de samenstelling goed
zon + bloem
Slide 27 - Open vraag
Schrijf de samenstelling goed:
groente + soep
Slide 28 - Open vraag
Welke samenstelling is verkeerd geschreven?
A
oorlogschip
B
weidevogel
C
winterpeen
D
maneschijn
Slide 29 - Quizvraag
Sleep de woorden naar de juiste categorie: goed of fout geschreven?
Foute
Samen-
stelling
Goede
samen-
stelling
leerlingsraad
Koninginnedag
meningsverschil
Varkensstal
berensterk
secondewijzer
kippensoep
rozengeur
Slide 30 - Sleepvraag
RONDE 4: werkwoorden
🎉
Slide 31 - Tekstslide
Voor het spellen van het voltooid deelwoord kun je 't x-kofschip gebruiken.
A
waar
B
niet waar
Slide 32 - Quizvraag
De regel van het kofschip is voor
A
spelling van werkwoorden in VT
B
spelling van werkwoorden in TT
C
spelling van zelfstandige naamwoorden
D
spelling van alle woorden
Slide 33 - Quizvraag
Welke regel wordt gebruikt voor het spellen van het woord in hoofdletters?
"Hij VINDT haar wel leuk."
A
tegenwoordige tijd: ik-vorm +t
B
verleden tijd: ik-vorm +te(n)
C
verleden tijd: ik-vorm +de(n)
D
verleden tijd: voltooid deelwoord op +d
Slide 34 - Quizvraag
Hij (worden) in de vakantie 16 jaar.
A
word
B
wordt
C
wort
D
worden
Slide 35 - Quizvraag
Zij is vorige week (verhuizen)
A
Verhuisd
B
verhuist
C
geverhuist
D
geverhuisd
Slide 36 - Quizvraag
Zij (redden) haar hond uit het water.
A
redde
B
rede
C
reddte
D
redden
Slide 37 - Quizvraag
Schrijf het werkwoord goed:
Hij heeft met haar (kussen).
Slide 38 - Open vraag
Schrijf het werkwoord goed op:
Zij hebben (wandelen)
Slide 39 - Open vraag
RONDE 5: Leesvaardigheid
🎉
Slide 40 - Tekstslide
Je bent jong, leergierig en een doorzetter.
Welke functie heeft 'en'?
A
Gevolg
B
Opsomming
C
Reden
D
Volgorde
Slide 41 - Quizvraag
Signaalwoorden voor een tegenstelling:
A
ook
B
allereerst
C
maar
D
daarentegen
Slide 42 - Quizvraag
Tekstdoel?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Amuseren
D
Overtuigen
Slide 43 - Quizvraag
Hij is ziek, daarom gaat hij niet sporten.
Welke functie heeft 'daarom'?
A
Gevolg
B
Conclusie
C
Reden-verklaring
D
Tegenstelling
Slide 44 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van een activerende tekst?
A
Ingezonden brief
B
Advertentie
C
Weblog
D
Nieuwsbericht
Slide 45 - Quizvraag
Tekstdoel?
A
instrueren
B
amuseren
C
overtuigen
D
informeren
Slide 46 - Quizvraag
RONDE 5: Nieuws
🎉
Slide 47 - Tekstslide
Glennis Grace, bekent maanden na het incident in de Jumbo schuld. Wat geeft zij toe?
A
Ze heeft iemand geslagen in het gezicht
B
Ze heeft iemand een duwtje in het gezicht gegeven.
C
Ze is met een knokploeg naar de Jumbo gegaan.
D
Haar zoon is een agressief kind
Slide 48 - Quizvraag
Baudet is veelvuldig in het nieuws. Hij is nu geschorst als kamerlid. Waarom is hij geschorst?
A
Omdat hij gelooft dat de aarde plat is
B
Omdat hij gelooft dat de aarde wordt bestuurd door kwaadaardige reptielen.
C
Omdat hij zijn neveninkomsten weigert op te geven.
D
Omdat hij Poetin steunt in de oorlog tegen Oekraïne
Slide 49 - Quizvraag
In Spanje hebben agenten een universiteit bestormd om een rapper te arresteren. Wat had hij gedaan?
A
Hij had een winkel betreden zonder mondkapje.
B
Hij had de Spaanse koning beledigd.
C
Hij had in een rap opgroepen tot geweld.
D
Hij had een studente ontvoerd.
Slide 50 - Quizvraag
In Nederland zijn avocado's populairder dan ooit. Hoeveel eet een Nederlander er gemiddeld per jaar?
A
6
B
12
C
26
D
42
Slide 51 - Quizvraag
Prinses Amalia woont toch niet in haar huis in Amsterdam. Wat is hiervan de reden?
A
Ze heeft besloten toch niet te studeren, omdat dit te moeilijk is.
B
Haar vader is ziek, daarom moet zij zijn taken overnemen en dus moet zij wonen in het paleis
C
Ze heeft voor een andere studie in een andere stad gekozen en kan daarom niet in Amsterdam wonen.
D
Ze wordt bedreigd door de MocroMaffia en is daarom niet veilig in haar huis in Amsterdam.
Slide 52 - Quizvraag
Wie is Elnaz Rekabi?
A
De winnaar van de Gouden bal.
B
Een Iraanse sportklimster
C
Een politicus die boos is op Baudet
D
De vakkenvuller in de Jumbo die door Glennis Grace is ''geduwd''
Slide 53 - Quizvraag
En de winnaar is...
Slide 54 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Quiz voor de herfstvakantie
Oktober 2022
- Les met
45 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Quiz voor de herfstvakantie 1v
Oktober 2022
- Les met
46 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Quiz voor de herfstvakantie
Oktober 2024
- Les met
37 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Quiz voor de herfstvakantie
Oktober 2024
- Les met
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Quiz voor de herfstvakantie
Oktober 2024
- Les met
45 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Quiz voor de herfstvakantie 1v
Oktober 2024
- Les met
37 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Quiz voor de herfstvakantie
Oktober 2024
- Les met
49 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Quiz voor de voorjaarsvakantie
Februari 2023
- Les met
39 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4