2.2. Hoorcollege 2 - Borstvoeding en flesvoeding

Hoe zit het met het foliumzuur-suppletie-advies voor ZWANGERE vrouwen?
A
Ongeacht de inname altijd 400 mg / dag suppletie
B
Als je voldoende B11 uit de voeding binnenkrijgt hoeft suppletie niet
C
Aanvullen van de inname van B11 tot een totaal van 400 mg / dag
1 / 14
volgende
Slide 1: Quizvraag
Voeding en DietetiekHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoe zit het met het foliumzuur-suppletie-advies voor ZWANGERE vrouwen?
A
Ongeacht de inname altijd 400 mg / dag suppletie
B
Als je voldoende B11 uit de voeding binnenkrijgt hoeft suppletie niet
C
Aanvullen van de inname van B11 tot een totaal van 400 mg / dag

Slide 1 - Quizvraag

Met hoeveel kcal/dag is de energiebehoefte van lacterende vrouwen ongeveer verhoogd?
A
0 kcal
B
300 kcal
C
500 kcal
D
700 kcal

Slide 2 - Quizvraag

Terug naar het college

Slide 3 - Tekstslide

Voor- en nadelen borstvoeding

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn de voordelen voor de moeder van het geven van borstvoeding?

Slide 5 - Woordweb

Wat zijn de voordelen voor de baby voor het krijgen van borstvoeding?

Slide 6 - Woordweb

Waarom is verdunnen van koemelk zo belangrijk en waarom is de koemelk dan wel geschikt?

Slide 7 - Open vraag

Terug naar het college

Slide 8 - Tekstslide

4 slotvragen
Suppletie
Verschillen borst- en flesvoeding
Redenen om te stoppen met borstvoeding

Slide 9 - Tekstslide

Wat is het verschil in suppletie-adviezen voor flesgevoede babies en borstgevoede babies tot 3 mnd?
A
Geen verschil: bij allebei vitamine D en K suppletie
B
Bij borstvoeding vitamine K en D-suppletie, bij flesvoeding alleen D
C
Bij borstvoeding alleen vitamine K, bij flesvoeding vitamine K en D-suppletie
D
Bij borstvoeding geen suppletie, bij flesvoeding alleen vitamine D

Slide 10 - Quizvraag

Noem de 2 suppletie-adviezen voor zuigelingen die alléén borstvoeding krijgen.

Slide 11 - Woordweb

Noem 1 verschil tussen
borstvoeding en flesvoeding (anders dan de suppletie)

Slide 12 - Woordweb

Wat is géén veelvoorkomende reden om (deels) te stoppen met borstvoeding
A
Moeder denkt te weinig melk te produceren
B
Baby is ziek en moeder wil niet besmet worden
C
Moeder vindt het te pijnlijk
D
Het komt niet handig uit met werk

Slide 13 - Quizvraag

Terug naar het college

Slide 14 - Tekstslide