Mercredi 18 septembre

Mercredi 18 septembre 2019

Qu'est-ce que on va faire aujourd'hui?

• Contrôler les devoirs
• Corriger les devoirs
• Répéter vouloir
• E &F
• Les devoirs

Objectifs du cours

• Aan het einde van de les kun je het werkwoord willen in het Frans vertalen.
• Aan het einde van de les kun je vouloir in de présent en de passé composé vertalen.
• Aan het einde van de les kunnen jullie een filmpje over vakantie begrijpen
• Aan het einde van de les weten jullie wat francophones zijn.

Contrôler les devoirs (18,27d,e,f)

Corriger les devoirs

Exercice 27d

1 veux

2 veux

3 veulent

4 veut

5 veulent

6 veut

Exercice 27e 

1 avez voulu

2 ont voulu

3 a voulu

4 avons voulu

5 as … voulu

6 avez voulu

Exercice 27f

1 Oui, je veux voyager en train.

2 Oui, mon père - / il a voulu aller au musée.

3 Oui, mes amis - / ils veulent faire un grand voyage.

4 Oui, nous avons voulu réserver un hôtel.

Corriger les devoirs

Exercice 27f

1 Oui, je veux voyager en train.

2 Oui, mon père - / il a voulu aller au musée.

3 Oui, mes amis - / ils veulent faire un grand voyage.

4 Oui, nous avons voulu réserver un hôtel.

Vouloir

• Wat?: Denk in tweetallen na over hoe je het werkwoord vouloir in de présent en de passé composé vervoegd. Schrijf dit ook eventjes voor jezelf op. 
• Hoelang?: 2 minuten

E&F

10 minuten zelfstandig: maken 19a,b,c

10 minuten klassikaal: 19d,e

Klaar?: 20,21,22,25,26a

Objectifs du cours

• Aan het einde van de les kun je het werkwoord willen in het Frans vertalen.
• Aan het einde van de les kun je vouloir in de présent en de passé composé vertalen.
• Aan het einde van de les kunnen jullie een filmpje over vakantie begrijpen
• Aan het einde van de les weten jullie wat francophones zijn.

Les devoirs

Faire: 20,21,22,25,26a

Apprendre: F1

Let op: Proefwerk H1 = woensdag 2 oktober

De volgende les? Voorzetsels bij landen en steden