Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Woordsoorten basis deel 2
Woordsoorten deel 2
1 / 42
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
In deze les zitten
42 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Woordsoorten deel 2
Slide 1 - Tekstslide
Aan het einde van deze les
Heb je lidwoorden, zelfstandig naamwoorden en bijvoeglijk naamwoorden herhaald.
Kun je werkwoorden en voorzetsels aanwijzen in een zin.
Slide 2 - Tekstslide
Uitleg
Je gaat zo een filmpje krijgen.
Tijdens het kijken krijg je een aantal vragen die je moet beantwoorden.
Slide 3 - Tekstslide
5
Slide 4 - Video
00:13
Schrijf de vijf woordsoorten op die je net hebt gehoord.
Slide 5 - Open vraag
00:29
Wat kan je doen met een werkwoord
Slide 6 - Open vraag
01:05
Geef minimaal vijf verschillende zelfstandig naamwoorden
Slide 7 - Open vraag
02:09
wat weet je nu over het bijvoeglijk naamwoord?
Schrijf drie dingen op.
Slide 8 - Woordweb
02:39
Schrijf minimaal vijf voorzetsels op
Slide 9 - Woordweb
Welke woordsoorten heb je net gehoord?
Slide 10 - Woordweb
Woordsoorten
1. werkwoord
2. lidwoord
3. zelfstandig naamwoord
4.voorzetsels
5. bijvoeglijk naamwoord
Slide 11 - Tekstslide
Woordsoorten
Slide 12 - Tekstslide
Nog even herhalen
Slide 13 - Tekstslide
Lidwoorden
We hebben in het Nederlands 3 lidwoorden:
de
het
een
Slide 14 - Tekstslide
Het zelfstandig naamwoord
Mensen
Dieren
Planten
Dingen
Namen
Aardrijkskundige namen
Slide 15 - Tekstslide
Het zelfstandig naamwoord
Voor een zelfstandig naamwoord kun je (bijna) altijd een lidwoord (de, het, een) zetten.
Voorbeelden:
de tafel, de auto, het meisje, een hond
maar ook
vrede, blijdschap, geluk, Parijs, Jan
Slide 16 - Tekstslide
Schrijf minstens 5 zelfstandige naawoorden
Slide 17 - Woordweb
Bijvoeglijk naamwoord
* Zegt iets over een zelfstandig naamwoord
* Staat meestal vóór een zelfstandig naamwoord en na het lidwoord, maar kan ook achter het zelfstandig naamwoord staan.
Slide 18 - Tekstslide
Schrijf zoveel mogelijk bijvoeglijk naamwoorden die passen Popey.
Slide 19 - Open vraag
Werkwoorden
Slide 20 - Tekstslide
Noem vijf werkwoorden die als eerste in je opkomen
Slide 21 - Open vraag
Werkwoorden
Werkwoorden noemen we ook weleens doe-woorden.
Het zijn namelijk dingen die je kunt doen, zoals:
lopen, fietsen, staan, zitten, schrijven, slapen, gamen, eten, wachten......
Slide 22 - Tekstslide
voorzetsels
Slide 23 - Tekstslide
Schrijf minimaal 7 voorzetels op.
Slide 24 - Woordweb
Quiz
Slide 25 - Tekstslide
Welk woordsoort?
Het gele badeendje zwemt in het blauwe water.
'Het' is....
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 26 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Het gele badeendje zwemt in het blauwe water.
'gele' is....
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 27 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Het gele badeendje zwemt in het blauwe water.
'badeendje' is....
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoordwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 28 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Het gele badeendje zwemt in het blauwe water.
'zwemt' is....
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 29 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Het gele badeendje zwemt in het blauwe water.
'in' is....
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
voorzetsel
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 30 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Het gele badeendje zwemt in het blauwe water.
'het' is....
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 31 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Het gele badeendje zwemt in het blauwe water.
'blauwe' is....
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 32 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Het gele badeendje zwemt in het blauwe water.
'water' is....
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 33 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Mijn fiets is grijs.
'fiets' is...
A
lidwoord
B
bijvoeglijk naamwoord
C
werkwoord
D
zelfstandig naamwoord
Slide 34 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Mijn fiets is grijs.
'is' is...
A
lidwoord
B
bijvoeglijk naamwoord
C
werkwoord
D
zelfstandig naamwoord
Slide 35 - Quizvraag
Welk woordsoort?
Mijn fiets is grijs.
'grijs' is...
A
lidwoord
B
bijvoeglijk naamwoord
C
werkwoord
D
zelfstandig naamwoord
Slide 36 - Quizvraag
Waar zegt het bijvoeglijk naamwoord iets over?
A
Zelfstandig naamwoord
B
Bijwoord
C
Werkwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 37 - Quizvraag
SLEEP DE WOORDSOORTEN NAAR DE GOEDE PLEK
De ouders van Bilal zijn erg aardige en behulpzame mensen.
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
werkwoord
lidwoord
ouders
de
aardige
mensen
Bilal
zijn
behulpzame
Slide 38 - Sleepvraag
Hoe noem je de volgende woordsoorten?
in, sinds, vanwege, door
A
lidwoorden
B
voorzetsels
C
telwoorden
D
aanwijzende voornaamwoorden
Slide 39 - Quizvraag
De woordsoorten ken ik...
A
nog lang niet
B
een beetje
C
wel aardig
D
goed!
Slide 40 - Quizvraag
Ik wil nog oefenen met
A
werkwoorden
B
bijvoeglijk naamwoorden
C
zelfstandig naamwoorden
D
voorzetsels
Slide 41 - Quizvraag
Je bent klaar
Slide 42 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Woordsoorten
Februari 2022
- Les met
17 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 4
woordsoorten zelfstandig bijvoeglijk naamwoord lidwoord
November 2021
- Les met
27 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Het Kwadrant - Woordsoorten Mix klas -3
Juli 2022
- Les met
17 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 4
woordsoorten
Mei 2022
- Les met
15 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordsoorten tweede les
April 2022
- Les met
30 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
woordsoorten
September 2023
- Les met
19 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
woordsoorten zelfstandig bijvoeglijk naamwoord lidwoord
April 2024
- Les met
43 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Thema 1, week 1 Les 2 woordsoorten mix
Oktober 2022
- Les met
40 slides
Taal
Basisschool
Groep 6