1.5: Herhaling tijdvak 1
1 / 21
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Waar wordt een piramide voor gebruikt?
A
Als opslagplaats voor kostbare schatten
B
De oude Egyptenaren woonden in piramides
C
Als graf voor een belangrijke Egyptenaar
D
Het werd gebruikt als kerk
Slide 4 - Quizvraag
Welk begrip hoort bij de volgende uitleg: mensen die zoveel mogelijk eetbare dingen zoeken en bewaren om later op te eten
A
Jagers
B
Boeren
C
Verzamelaars
D
Burgers
Slide 5 - Quizvraag
Welk begrip hoort bij de volgende uitleg: verbouwen van gewassen en granen op een stukje grond en het houden van dieren voor het voedsel dat ze produceren
A
Landbouw
B
Bouwvakker
C
Tuinbouw
D
Dierenbouw
Slide 6 - Quizvraag
Welke uitleg hoort bij het begrip: natuurgodsdienst
A
Het geloof waarin je gelooft dat de regen en god is
B
Zo heet het wanneer je in meerdere goden gelooft
C
Zo heet het als je in één god gelooft
D
Het geloof dat een god verantwoordelijk is voor gebeurtenissen in de natuur
Slide 7 - Quizvraag
Jagers
Boeren
Het Oude Egypte
Natuurgodsdienst
Verzamelen
Mummies
Rondtrekken
Landbouw
Piramide
Jagen
Eerste mensen
Nijl
Dorpen
Slide 8 - Sleepvraag
Wat betekent 'nederzetting'?
A
Dorp
B
Stad
C
Straat
D
Wijk
Slide 9 - Quizvraag
Waarom is het logisch dat juist de prehistorische boeren de hunebedden hebben gebouwd?
Slide 10 - Open vraag
Hoe heet het schrift van de Egyptenaren?
A
Latijn
B
Hiërogliefen
C
Hiërodieven
D
Spijkerschrift
Slide 11 - Quizvraag
De farao werd door de Egyptenaren gezien als een ?
A
Koning
B
God
C
Mens
D
Minister president
Slide 12 - Quizvraag
Wie was de Zonnegod bij de Egyptenaren?
A
Osiris
B
Isis
C
Ra
D
Horus
Slide 13 - Quizvraag
De Egyptenaren hadden een natuurgodsdienst
A
Juist
B
Onjuist
Slide 14 - Quizvraag
De Egyptenaren hadden veel goden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quizvraag
De Egyptenaren schreven op
A
Grotten
B
Muren
C
Steen
D
Papyrus
Slide 16 - Quizvraag
Prehistorie of niet?
A
Ja
B
Nee
Slide 17 - Quizvraag
Boer of jager-
verzamelaar?
verzamelaar?
A
Boer
B
Jagers-verzamelaar
Slide 18 - Quizvraag
Bij de jagers en verzamelaars:
A
gingen de vrouwen op jacht
B
gebruikten ze alles van het dier
C
hadden ze een duidelijke taakverdeling
D
konden ze schrijven
Slide 19 - Quizvraag
Jagers-verzamelaars
hebben geen:
hebben geen:
A
Dieren
B
Kinderen
C
Vaste woonplaats
D
tenten
Slide 20 - Quizvraag
Heb je het idee dat je het eerste tijdvak begrijpt?
A
Ja
B
Nee
