U1. Clase 3. 11 de septiembre de 2024

• Spaans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

¡Bienvenidos chicos y chicas!

Miércoles, 11 de septiembre de 2024

¿Qué vamos a hacer hoy?

1. (Methode, Quizlet+Lesson Up geregeld? zie som)
2. HW gemaakt? Samen nakijken
   


3. Vocabulario: las cosas de clase +hola t/m gracias


4. Mannelijk/vrouwelijk 


5. Aan het eind van de les kan ik zeggen bie ik ben, ik weet wanneer zelfstandignaamwoorden mannelijk en vrouwelijk zijn 
6. Ik ben begonnen met het hw in papierboek/digitaal boek IN DE KLAS
7. Ik heb een studiewijzer

¡Observa!

Spaanse zelfstandige naamwoorden zijn mannelijk of vrouwelijk, goed kijken op welke letter de woorden eindigen

¡Observa!

Als de zelfstandignaamwoorden mannelijk zijn hebben ze een mannelijk lidwoord als ze vrouwelijk zijn een vrouwelijk lidwoord

Bepaalde lidwoorden

                                                 mannelijk                       vrouwelijk

enkelvoud                             el profesor                      la profesora

meervoud                            los profesores                 las profesoras

Let op! als het op -e eindigt verandert alleen het lidwoord el estudiante la estudiante

¡Observa!

Als de zelfstandignaamwoorden mannelijk zijn hebben ze een mannelijk lidwoord als ze vrouwelijk zijn een vrouwelijk lidwoord, naast de bepaalde lidwoorden (de, het) zijn er ook onbepaalde lidwoorden (een)

Onbepaalde lidwoorden

                                                 mannelijk                         vrouwelijk

enkelvoud                             un profesor                      una profesora

meervoud                            unos profesores               unas profesoras

Let op! als het op -e eindigt verandert alleen het lidwoord an estudiante una estudiante

Samenvatting=Resumen

Spaanse zelfstandige naamwoorden zijn mannelijk of vrouwelijk.

Je gebruikt bij mannelijke zelfstandige naamwoorden het bepaald lidwoord el of het onbepaald lidwoord un. 

Je gebruikt bij vrouwelijke zelfstandige naamwoorden het bepaald lidwoord la of het onbepaald lidwoord una. 

Let op! enkelvoud en meervoud is altijd anders!

¡Observa!

De persoonlijke naamwoorden 

LET OP!

nosotros=wij (dus ik+nog meer mensen)

vosotros=wij (dus jij+nog meer mensen)

nosotras, vosotras en ellas allemaal meisjes

u in het Spaans is enkelvoud (usted) en meervoud (ustedes)

Het werkwoord SER=zijn

¡Observa!

Je gebruikt ser als je wilt zeggen:

• wie iemand is Soy la señora González. (ik ben mevrouw G.)

• hoe iemand is Eres inteligente. (jij bent intelligent)

• waar iemand vandaan komt Es de Holanda. (Hij komt uit NL)

• wanneer je iets of iemand beschrijft Juan es un chico guapo. (Juan is een knappe jongen)

Los deberes=HW 

maken in je papierboek (oef 1, 3, 4 blz. 14-15)/digitaal boek IN DE KLAS (oef 1, 4, 5)

leren:

• mannelijk/vrouwelijk lidwoorden
  
• persoonlijke voornaamwoorden
  
• werkwoord SER=zijn
  
• woorden leren hola t/m ustedes
• frases leren ¿Qué tal? t/m tengo 12 años

En la próxima clase...

• Herkhaling voc+gram
• Werkwoord LLamarse

• ¡No olvides tu tarea!

 ¡Muchas gracias y hasta la próxima clase!