H2 Betoog H3 Grammatica

GRS heeft eindelijk een PS5 besteld!
Wat is jouw favoriete game aller tijden?
1 / 25
volgende
Slide 1: Open vraag
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

GRS heeft eindelijk een PS5 besteld!
Wat is jouw favoriete game aller tijden?

Slide 1 - Open vraag

Leestijd
We gaan nu een half uur lezen in ons eigen leesboek.
Zet een alarm om op tijd terug te zijn.
Daarna stel ik jullie vragen over wat je net hebt gelezen.

Slide 2 - Tekstslide

Hoe ziet een betoog eruit?
Titel
Inleiding      je noemt je onderwerp en geeft je mening
Kern               je argumenten bij de mening, met onderbouwing
                         elk argument in een eigen alinea
Slot                vat je argumenten samen en herhaal je mening

Slide 3 - Tekstslide

Hoe ziet een betoog eruit?
Titel

Inleiding

Argument 1  + onderbouwing

Argument 2 + onderbouwing

Argument 3 + onderbouwing

Slot

Slide 4 - Tekstslide

Wat schrijf je NIET?
"Hoi ik ben meneer Gerrets en dit is mijn betoog."
"Ok. Dit was mijn mening. Doei."
"Dat vind ik gewoon."
"Dat is gewoon zo."

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Jullie betogen!
Jullie krijgen uiterlijk vanmiddag kort commentaar via Magister terug. 
Kijk daar nog even naar.

Slide 7 - Tekstslide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



Alle werkwoorden in een zin die samen iets over het onderwerp zeggen, noem je het werkwoordelijk gezegde (wg).



Slide 8 - Tekstslide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



Soms is het werkwoordelijk gezegde maar één werkwoord 

(de persoonsvorm), soms zijn het er meer. Bijvoorbeeld:


- Leonie kijkt naar buiten.

- Leonie heeft naar buiten gekeken

- Leonie wil graag naar buiten kijken.


Slide 9 - Tekstslide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



De persoonsvorm is altijd onderdeel van het 
werkwoordelijk gezegde.

werkwoordelijk gezegde =
persoonsvorm + alle andere werkwoorden

Slide 10 - Tekstslide

OPDRACHT
In de volgende zinnen bestaat het werkwoordelijk gezegde uit één woord ( de persoonsvorm).

Noteer steeds het werkwoordelijk gezegde.

Slide 11 - Tekstslide

De zus van Dick vertrekt naar het buitenland.

Slide 12 - Open vraag

Aan de wand hangen een paar posters.

Slide 13 - Open vraag

Gjalt stuurt Boris een mailtje.

Slide 14 - Open vraag

In dat huis wonen nieuwe mensen.

Slide 15 - Open vraag

De boot naar Vlieland komt zo.

Slide 16 - Open vraag

OPDRACHT
In de volgende zinnen bestaat het werkwoordelijk gezegde 
uit meerdere woorden 
(de persoonsvorm + alle andere werkwoorden).

Noteer steeds het werkwoordelijk gezegde.
Zet de persoonsvorm steeds voorop!

Slide 17 - Tekstslide

In het Guinness Book of Records zijn vreemde records opgeschreven.

Slide 18 - Open vraag

Een man kan bijvoorbeeld 121 T-shirts over elkaar aantrekken.

Slide 19 - Open vraag

De familie Yang heeft een enorme zeepbel geproduceerd.

Slide 20 - Open vraag

Een vrouw heeft 30 jaar haar nagels laten groeien.

Slide 21 - Open vraag

Een jongen kan ballonnen opblazen met zijn neus.

Slide 22 - Open vraag

Zou jij ook met een records in het Guinness Book of records willen staan?

Slide 23 - Open vraag

Grammatica H3
Maak in Talent Online 
Vraag 1, 3 en 4

Slide 24 - Tekstslide

Morgen Betoog schrijven
Morgen heb je maar een uur Nederlands (check Magister).

Aan het begin van de les krijg je de opdracht via Magister Berichten.
Je stuurt je betoog voor het eind van de les via Magister Berichten terug. 
Controleer je betoog voordat je het terugstuurt (alinea's, spelling, hoofdletters en punten, staat alles erin?)

Vragen?

Slide 25 - Tekstslide