De student verzamelt informatie over het kind door de wensen en behoeften te inventariseren, o.a. door te observeren en dit vervolgens schriftelijk en mondeling te rapporteren. Vervolgens wordt er een passend ontwikkelingsgericht activiteitenplan gemaakt waarin verschillende ontwikkelingsgebieden aan bod komen. Dit plan wordt uitgevoerd en de student begeleidt en stimuleert het individuele kind of een groepje. De student stimuleert ook gezond, veilig en positief gedrag.