gedragsonderzoek les 2

gedragsonderzoek les 2
Aan het einde van de les weet je:
hoe een gedragsysteem is opgebouwd
het verschil tussen een ethogram en protocol
het verschil tussen objectief en subjectief observeren
wat antropomorfisme betekent
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

gedragsonderzoek les 2
Aan het einde van de les weet je:
hoe een gedragsysteem is opgebouwd
het verschil tussen een ethogram en protocol
het verschil tussen objectief en subjectief observeren
wat antropomorfisme betekent

Slide 1 - Tekstslide

Wat is tabel 2?

Slide 2 - Open vraag

opbouw gedrag
zie bron 2 
type gedrag
gedragselement
gedragssysteem

Slide 3 - Tekstslide

Gedragsonderzoek
Onderzoeksmethodes:
Ethogram (hiernaast)

Protocol  (hieronder)

Slide 4 - Tekstslide

wetenschappelijk onderzoek
Let dus op:
- Onderzoeker kan gedrag beïnvloeden 

- Onderzoeker moet objectief beschrijven (niet subjectief).
(geen interpretatie/gevoelens.
Dus niet: kikker doet niks!,
of kikker is lui!)

Slide 5 - Tekstslide

de mens in de olifant
olifanten zijn intelligent, ze vertonen inzicht.

zien van menselijke trekjes in dieren= antropomorfisme
niet wetenschappelijk

Slide 6 - Tekstslide

Welk gedrag is aangeboren?
A
Een stekelbaars valt een houten blokje met een rode onderkant aan
B
Een vogel komt elk jaar terug naar dezelfde broedplaats
C
Een roodborstje eet een onsmakelijk insect, spuugt uit en eet die nooit meer
D
Een wolf vindt zijn prooi door een geurspoor te volgen

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de sleutelprikkel voor de gastouders om het koekoeksjong te voeren?
A
het zien van de jongen
B
rode binnenkant van de bek
C
de honger van de jongen
D
het zien van een insect

Slide 8 - Quizvraag

Wat voor soort gedrag is het gekwaak van de kikker?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Link