15 Inleiding processen in organisaties - 16 Time management en agendabeheer

15 Inleiding processen in organisaties
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Basisjaar N3 en 4 BusinessMiddelbare schoolMBOmavoStudiejaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

15 Inleiding processen in organisaties

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les 
  • Samenwerken in een organisatie
  • Activiteiten in een organisatie
  • Vergaderen in een organisatie

Slide 2 - Tekstslide

Samenwerkings-motieven

1. sociaal
2. prestatie
3. kwaliteit

Slide 3 - Tekstslide

Waarom is samenwerken belangrijk in een team?
A
Het zorgt voor inefficiëntie in het werkproces.
B
Het vermindert de creativiteit van individuen.
C
Het leidt tot meer concurrentie tussen teamleden.
D
Het versterkt de onderlinge relaties en kennis.

Slide 4 - Quizvraag

Wat zijn voordelen van samenwerken in een professionele omgeving?
A
Het leidt tot verlies van individuele erkenning.
B
Het creëert een negatieve werksfeer.
C
Het bevordert innovatie en oplossingsgericht denken.
D
Het vertraagt besluitvorming en actie.

Slide 5 - Quizvraag

Hoe kan samenwerken bijdragen aan persoonlijke ontwikkeling?
A
Het vergroot de weerstand tegen verandering.
B
Het belemmert de groei van individuele vaardigheden.
C
Het biedt de mogelijkheid om van anderen te leren.
D
Het vermindert de betrokkenheid met het werk.

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de betekenis van het woord coöperatief werken?

Slide 7 - Open vraag

Wat zijn de voordelen van samenwerken?
A
Verbeterde creativiteit
B
Verhoogde productiviteit
C
Beperkte communicatie
D
Verminderde efficiëntie

Slide 8 - Quizvraag

Hoe kan samenwerken de productiviteit verbeteren?
A
Door taken te isoleren
B
Door concurrentie te stimuleren
C
Door individualisme te bevorderen
D
Door het bundelen van kennis en vaardigheden

Slide 9 - Quizvraag

Stappen voorafgaand aan de samenwerking

Slide 10 - Tekstslide

Wat voor soort evenementen ken je?

Slide 11 - Open vraag

Wat is een projectorganisatie?
A
Een organisatie die alleen vaste projecten uitvoert.
B
Een organisatie die geen projecten uitvoert.
C
Een organisatie die tijdelijke projecten uitvoert.
D
Een organisatie die alleen interne projecten uitvoert.

Slide 12 - Quizvraag

Wat zijn kenmerken van een projectorganisatie?
A
Strikte hiërarchie, losse structuur, beperkte doelstellingen, externe focus.
B
Flexibiliteit, tijdelijkheid, multidisciplinair team, afgebakende doelstellingen.
C
Starheid, langdurigheid, eendisciplinair team, vage doelstellingen.
D
Vaste werktijden, beperkte budgetten, enkelvoudige doelstellingen, wisselend team.

Slide 13 - Quizvraag

Voorafgaand aan het project bepaal je
  • groep
  • activiteiten
  • duur
  • budget

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Hoofdstuk 16 
Timemanagement & agendabeheer

Slide 16 - Tekstslide

Doelstellingen
Managen van tijd
Beheren van agenda's 
Juist invullen van agenda's
Maken van een planning 

Slide 17 - Tekstslide

Wat is timemanagement?
A
Het maximaliseren van je tijd
B
Het negeren van je tijd
C
Het minimaliseren van je tijd
D
Het efficiënt indelen van je tijd

Slide 18 - Quizvraag

Waarom is timemanagement belangrijk?
A
Om meer tijd te verspillen
B
Om productiever te zijn
C
Om anderen te irriteren
D
Om ongeorganiseerd te blijven

Slide 19 - Quizvraag

Hoe kun je je tijd beter managen?
A
Door geen planning te maken
B
Door prioriteiten te stellen
C
Door constant afgeleid te zijn
D
Door alles tegelijk te doen

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Hulpmiddelen timemanagement
  1. Ruim op
  2. Bereid je voor
  3. Denk klein
  4. Focus 
  5. Funtime

Slide 22 - Tekstslide

Timemanagement in 5 stappen
  1. Meten is weten
  2. Zwakke plekken
  3. Planning maken
  4. Planning uitvoeren
  5. Regelmatig onderhoud

Slide 23 - Tekstslide

Timemanagement in 5 stappen
  1. Meten is weten 
  • Hoeveel
  • Tijd
  • Prioriteit = kerntaak
  • Veel/weinig onderbreking
  • Rustmoment

Slide 24 - Tekstslide

Timemanagement in 5 stappen
2. Zwakke plekken
  • Niet/te laat plannen
  • Geen discipline
  • Niet delegeren
  • Perfectionisme/nonchalance
  • Assertief/nee zeggen - veel willen 
  • Communicatie
  • Stoorzenders (nee zeggen)
  • Te weinig rust 

Slide 25 - Tekstslide

Timemanagement in 5 stappen
3. Planning maken
  • Globale planning
  • Weekplanning - uitloop + kleuren (hoofd- bijzaken)
  • Maandplanning - weekdoelstelling 

Slide 26 - Tekstslide

Timemanagement in 5 stappen
4. Planning uitvoeren
Voer uit en evalueer per week
Beschrijf je evaluatie

Slide 27 - Tekstslide

Timemanagement in 5 stappen
5. Regelmatig onderhoud
  • Voer een keer per maand gesprek en evalueer

Slide 28 - Tekstslide

Wat doen je aan agendabeheer?
(Noem zoveel mogelijk)

Slide 29 - Open vraag

Wat zijn voordelen van een goede planning?
A
Efficiëntie verbeteren
B
Kosten verhogen
C
Tijd besparen
D
Meer stress veroorzaken

Slide 30 - Quizvraag

Hoe kan een planning helpen bij werk?
A
Prioriteiten stellen
B
Ongeorganiseerdheid aanmoedigen
C
Uitstel bevorderen
D
Taken structureren

Slide 31 - Quizvraag

Wat zijn mogelijke nadelen van planning?
A
Tijdrovend
B
Star
C
Kostenverhogend
D
Beperkt flexibiliteit

Slide 32 - Quizvraag

Hoe maak je een planning?
9 stappen voor een planning 
De eerste stap begin met de vraag WAT?
  1. Doel
  2. Doelgroep
  3. Thema
  4. Locatie
  5. Financiën

Slide 33 - Tekstslide

Stap 2 tot en met 9
2.  Wanneer -> begin, tussentijdse deadlines, eind 
3. Extra tijd voor een deadline ->controle en calamiteit
4. Extra tijd na een deadline -> afronding 
5. Wat eerst -> prioriteiten goed vaststellen 
6. Wat nog meer -> overige taken
7. Wie doet nu wat? -> eerlijke verdeling 
8. Overleg inplannen -> problemen en vragen 
9. Waar? Locatie

Slide 34 - Tekstslide

Welke tips heb jij voor een goede planning?

Slide 35 - Open vraag