Mijn proefles

portretten tekenen
1 / 11
volgende
Slide 1: Woordweb
HandvaardigheidBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

portretten tekenen

Slide 1 - Woordweb

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je een portret tekenen volgens de juiste verhoudingen.




Slide 2 - Tekstslide

Wat is een portret?
Een portret is een afbeelding van een persoon. Meestal van het gezicht, soms van heel het lichaam. De herkenbaarheid van het gezicht is het belangrijkste. Portretten kunnen worden geschilderd, gefotografeerd of gebeeldhouwd. Portretten kunnen realistisch zijn of juist niet.
Amy Robins, 2011, tekening op papier,
Gloucester.

Slide 3 - Tekstslide

Portret ‘en buste’. Er is iets meer dan het hoofd afgebeeld. Dit was de goedkoopste variant.

Dit is een buste van koningin Nefertiti van Egypte. Zij was de echtgenote van Achnaton, de farao.


Slide 4 - Tekstslide

Werd je afgebeeld tot je middel, dan noemen we dat ‘ten halve lijve’.

Hier zie je de Mona Lisa van Leonardo da Vinci, het is geschilderd van 1503 – 1506, olieverf op doek.


Slide 5 - Tekstslide

Een portret ‘ten voeten uit’ is een portret waar de afgebeelde persoon of personen helemaal op staan. De duurste variant.

Het officiële Staatsieportret van Koning Willem-Alexander en Koningin Maxima gemaakt door Erwin Olaf in maart 2018.

Je hebt dus 4 soorten portretten: 'kniestuk', een 'buste', 'ten voeten uit' en 'ten halve lijve'. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Stap voor stap
  1. De grondvorm van een hoofd heeft een eivorm met de punt op de plaats van de kin.
  2.  Verdeel het ei in 2 gelijke helften door een horizontale dunne lijn. 
  3. De lijn waar de ogen op liggen, (ooglijn) loopt bij een volwassene door het midden van het hoofd.  

Slide 8 - Tekstslide


  1. De helft van ooglijn en kin is de lijn waarop de onderkant van de neus komt.
  2. Verdeel het stukje van neus naar kin in twee gelijke helften. 
  3. Op die lijn komt de mond.
  4. De mondhoeken zitten bij een gesloten mond recht onder de pupillen.
  5. De oren zitten tussen oog en neuslijn.
  6. Er passen 5 ogen van gelijke grootte op een rij, daarvan gum je er natuurlijk 3 weer weg. 


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Beoordelingscriteria
  • Je hebt een tekenpotlood gebruikt.
  • De verhoudingen van je portret kloppen.
  • Je hebt structuur toegepast (haar, wenkbrauwen, kleding, etc.) .
  • Je hebt op de juiste plaats schaduw toegepast. 
  • Het geheel is netjes afgewerkt.

Slide 11 - Tekstslide