-Aan het einde van de les weet je wanneer je hoofdletters gebruikt.
-Aan het eind van de les kan je punten, vraagtekens en uitroeptekens op de juiste manier gebruiken.
- Aan het einde van de les kan je woorden met au en ou goed spellen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Lesdoelen
-Aan het einde van de les weet je wanneer je hoofdletters gebruikt.
-Aan het eind van de les kan je punten, vraagtekens en uitroeptekens op de juiste manier gebruiken.
- Aan het einde van de les kan je woorden met au en ou goed spellen
Slide 1 - Tekstslide
Wanneer gebruik je een hoofdletter? (Typ je antwoorden maar in)
Slide 2 - Open vraag
Tekst
hallo allemaal welkom bij het onderdeel taalverzorging hoofdletters en leestekens je leert wanneer je een hoofdletter moet plaatsen en wanneer je leestekens moet gebruiken zoals je ziet mist dit hele stuk hoofdletters en punten wat vind jij daarvan leest het makkelijk of leest het juist moeilijk leestekens en hoofdletters zijn er voor om teksten makkelijker te kunnen lezen dus hoe het hier staat is natuurlijk helemaal fout maar hoe moet het dan wel wanneer plaats je een hoofdletter
Slide 3 - Tekstslide
Waarom is de tekst die je net gezien hebt fout?
Slide 4 - Open vraag
Hoofdletters en leestekens
-Maken een tekst duidelijker en beter te lezen.
-De lezer kan de tekst zo veel beter begrijpen.
Slide 5 - Tekstslide
Hoofdletters
-Elke zin begint met een hoofdletter.
Ik ga met Sophie naar Parijs.
Slide 6 - Tekstslide
Schrijf je hele naam
Slide 7 - Open vraag
Hoofdletters
-Alle namen beginnen met een hoofdletter.
Ik ga met Sophie naar Londen.
-Je schrijft altijd de voornaam en achternaam met een hoofletter.
Anna Mulder - Joris Janssen - Julia Boom
Slide 8 - Tekstslide
Hoofdletters
-Aardrijkskundige namen: namen van plaatsen, streken en landen schrijf je ook met een hoofdletter.
Ik ga met Sophie naar Parijs.
-Maar ook bijvoorbeeld voor bergen, rivieren en woestijnen.
de Pyreneeën, de Schelde
Slide 9 - Tekstslide
Je schrijft geen hoofdletter:
- bij de maanden van het jaar (januari, februari, maart, etc.)