Polaire atoombinding en dipoolmoleculen

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

§6.2 Polaire atoombinding en dipoolmoleculen

Deze les

• Bindingen binnen en tussen moleculen 
  
• Dipoolmoleculen en polaire stoffen
  
• Hydratatie

Bindingen 

• Atoombindingen: bindingen tussen atomen in één molecuul
  
• Vanderwaalsbindingen: bindingen tussen moleculen
  
• Hoe groter de moleculen, hoe sterker de vanderwaalsbindingen, dus hoe hoger het kookpunt

Kookpunten

Water

• Water heeft dus een verrassend hoog kookpunt als je kijkt naar molecuulgrootte
  
• Dit komt doordat het elektronenpaar tussen zuurstof- en waterstofatomen niet netjes in het midden zit
• Polaire atoombinding

Polaire atoombinding

• één atoom trekt harder aan elektronenpaar dan andere atoom
  
• Hierdoor wordt ene atoom beetje positief en andere atoom een beetje negatief
• Molecuul met één of meer polaire atoombindingen heet een dipoolmolecuul of dipool als er een                                kant is
• Polaire stoffen: stoffen die uit dipoolmoleculen bestaan. 

δ−enδ+

Dipoolmolecuul

• Niet ieder molecuul met een dipolen is een dipoolmolecuul: zowel de polaire atoombindingen als de ruimtelijke structuur bepalen dit!
• Polaire stof bestaat uit dipoolmoleculen
• Apolaire stof bestaat uit niet-dipoolmoleculen
• Dipool-dipoolinteractie geeft extra aantrekkingskracht tussen moleculen

δ−enδ+

Hydratatie

• Oplossen van zouten
  
• Ionen worden omringd door watermoleculen
  
• In opgeloste zouten is de aantrekking tussen watermoleculen en ionen sterker dan de ionbinding (tussen ionen van het vaste zout)
  

Polaire en apolaire stoffen

• Polaire stoffen bestaan uit dipoolmoleculen
  
• Apolaire stoffen bevatten geen dipoolmoleculen
  

Deze les

• Bindingen binnen en tussen moleculen
• Dipoolmoleculen en polaire stoffen
• Hydratatie

Huiswerk

Opgaven 8 t/m 14