B8 T1 2HV

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

B8 Koudbloedig en warmbloedig

• Zitten volgens de plattegrond
• Spullen op tafel

       Leerwerkboek, schrift

• Tas van tafel
• Lees blz. 55-56

Kennen/Kunnen

• Je kunt voorbeelden van warm- en koudbloedige dieren noemen.
• Je kunt uitleggen welke verschillen er zijn in leefwijze
• Je kunt de gevolgen uitleggen voor het leven van deze dieren

Wat gaan we doen?

• Herhalen
• Warm en koudbloedig
• Tijd voor hw
  
• Afsluiten

Huiswerkrad

Sluit je vast aan bij de les

Beloning

Straf

Huiswerk: 1 t/m 8, 5k, 9k blz. 29-31

                    1 t/m 5, 6k blz. 35-37

Welke stof wordt in je lichaam verbrand?

Welke stof heb je nodig om glucose te verbranden?

Wat levert deze verbranding op?
(1 woord)

Een mens is

1. koudbloedig
2. warmbloedig
3. beide
4. bij mensen komt dit niet voor

Een boom is

1. koudbloedig
2. warmbloedig
3. beide
4. bij bomen komt dit niet voor

Een kat is

1. koudbloedig
2. warmbloedig
3. beide
4. bij katten komt dit niet voor

Koudbloedige organismen

• Lichaamstemperatuur gelijk aan omgeving

Voor en nadelen

• Geen energie verbruik lichaamstemperatuur
• Koud > weinig verbranding = weinig energie
• Winterslaap > koude tijden overleven
• Leven veel in warme gebieden

Warmbloedige organismen

• Vaste lichaamstemperatuur 

Voor en nadelen

• Groot deel energie naar lichaamstemperatuur
• Koud > meer verbranding nodig
• Koude gebieden > vacht/vetlaag
• Soms winterslaap/trek naar warm gebied

In het terrarium van een slang is meestal een warme lamp aanwezig. Waarom is dat?

Een krab is

1. koudbloedig
2. warmbloedig
3. beide
4. bij krabben komt dit niet voor

Een valk is

1. koudbloedig
2. warmbloedig
3. beide
4. bij valken komt dit niet voor

Ga aan de slag met:

• Lezen blz. 55-65
  
• Maken Opdr. 1 t/m 4 blz. 56-57

Klaar met het bovenstaande?

• Verder werken/lezen
• Samenvatten
• Ander huiswerk
• Boek lezen

Zs = Werken in stilte

• Geen vinger opsteken
• Aan het werk
• Stil en stoor niemand
• Blijf op je plek

Ga aan de slag met:

• Lezen blz. 55-65
  
• Maken Opdr. 1 t/m 4 blz. 56-57

Klaar met het bovenstaande?

• Verder werken/lezen
• Samenvatten
• Ander huiswerk
• Boek lezen

Zf = Werken met fluisteren

• Geen vinger opsteken
• De docent komt langs
• Aan het werk
• Fluister alleen met de persoon naast je
• Blijf op je plek

Afsluiting

Doelen:

• Je kunt voorbeelden van warm- en koudbloedige dieren noemen.
  
• Je kunt uitleggen welke verschillen er zijn in leefwijze
  
• Je kunt de gevolgen uitleggen voor het leven van deze dieren

Wie heeft de hoogste score?

Opruimdienst

Vandaag zijn dit

• Tafels leeg en recht
• Stoelen aangeschoven
• Grond vrij van afval