Activiteiten Organiseren - Ethiek
1 / 31
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekent ethiek volgens jou?
Slide 5 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekenen de volgende begrippen volgens jou?
1. Moraal
2. Normen
3. Waarden
Vul een vraagteken in wanneer je het niet weet.
1. Moraal
2. Normen
3. Waarden
Vul een vraagteken in wanneer je het niet weet.
Slide 8 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
De gewoonten die je hebt, komen voort uit waarden en normen. Maak de tekst over waarden en normen af:
'.........' zijn opvattingen en ideeën over wat je goed of belangrijk vindt.
'.........' zijn opvattingen en ideeën over wat je goed of belangrijk vindt.
A
Normen
B
Waarden
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
'.........' zijn zelfgekozen regels voor hoe je wilt leven.
A
Principes
B
Waarden
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn voor jou persoonlijke normen en waarden?
Schrijf twee normen en twee waarden op en licht kort toe waarom deze belangrijk voor je zijn.
Schrijf twee normen en twee waarden op en licht kort toe waarom deze belangrijk voor je zijn.
Slide 15 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe zijn deze normen en waarden bij jou ontstaan, hoe heb jij ze meegekregen?
Door: opvoeding, school, levenservaring, veranderingen in je leven of door de mening van mensen in je omgeving?
Door: opvoeding, school, levenservaring, veranderingen in je leven of door de mening van mensen in je omgeving?
Slide 16 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat denk jij? Is euthanasie goed of slecht? Waarom?
Slide 18 - Open vraag
Dat hangt af van de situatie af en of er sprake is van ondraaglijk lijden bij de cliënt die euthanasie aanvraagt.
Daarnaast spelen de wet en de normen en waarden van de arts ook een belangrijke rol in deze keuze. De arts heeft zich aan strenge regels te houden en kan niet zomaar instemmen met euthanasie.
Welke normen en waarden spelen mee in dit voorbeeld?
Slide 19 - Open vraag
Cliënt:
- Waarden: vrijheid, autonomie, eerlijkheid
- Normen: ondraaglijk lijden is niet acceptabel. Ik ben volwassen en mag mijn eigen keuzes maken
Arts:
- Waarden: eerlijkheid, betrouwbaarheid, integriteit.
- Normen: je mag niet doden, de beroepscode voor artsen, autonomie voor de cliënt.
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Juist of onjuist:
Voor een ethisch dilemma bestaat geen juiste oplossing
Voor een ethisch dilemma bestaat geen juiste oplossing
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Dat is juist. Een ethisch dilemma is een probleem over goed en kwaad. Bij dit probleem zijn twee of meer oplossingen mogelijk. Het kiezen van een oplossing is moeilijk, omdat elke oplossing voor- en nadelen heeft. Toch moet je een keuze maken. Je moet dus goed over het probleem nadenken.
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Welke normen en waarden spelen een rol voor de cliënt die rookt?
Slide 23 - Open vraag
Cliënt:
- Waarden: vrijheid, autonomie, eerlijkheid.
- Normen: ik ben een volwassen man en ik mag mijn eigen keuzes maken.
Welke normen en waarden spelen een rol voor het zorgpersoneel?
Slide 24 - Open vraag
Zorgmedewerker:
- Waarden: zorgzaamheid, integriteit, gelijkwaardigheid, respect.
- Normen: je mag een cliënt niet beperken in vrijheid, cliënt heeft recht op autonomie, de gezondheid van de cliënt staat voorop, de gezondheid van zorgpersoneel staat voorop.
Slide 25 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Soms worden ethiek en recht door elkaar gehaald. Is de volgende bewering juist of onjuist?
1. Ethiek heeft niets te maken met recht.
1. Ethiek heeft niets te maken met recht.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quizvraag
Beide beweringen zijn onjuist. Ethiek heeft namelijk wel iets te maken met recht. Het recht is gebaseerd op ethiek, maar het is niet zo dat voor alle ethische beslissingen een wet opgaat. Daarom is de tweede bewering ook onjuist. Als iets ethisch niet verantwoord is, ben je niet altijd strafbaar als je het toch doet.
2. Als iets ethisch niet verantwoord is, dan ben je strafbaar als je het toch doet.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quizvraag
Beide beweringen zijn onjuist. Ethiek heeft namelijk wel iets te maken met recht. Het recht is gebaseerd op ethiek, maar het is niet zo dat voor alle ethische beslissingen een wet opgaat. Daarom is de tweede bewering ook onjuist. Als iets ethisch niet verantwoord is, ben je niet altijd strafbaar als je het toch doet.
Slide 28 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 29 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 30 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 31 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
