3.2 Metalen en zouten

3.2 Metalen en zouten
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

3.2 Metalen en zouten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt stoffen indelen in metalen, moleculaire stoffen en zouten 
  • Je kunt metalen op micro- en macroniveau beschrijven
  • Je kunt uitleggen wat corrosie is
  • Je kunt uitleggen wat een legering is

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het atoomnummer?
A
Aantal elektronen
B
Aantal protonen
C
Aantal neutronen

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het atoomnummer van deze stof?
A
2 (Helium)
B
4 (Beryllium)
C
6 (Koolstof)
D
8 (Zuurstof)

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het massagetal is:
A
Het aantal protonen + neutronen in de kern
B
Het aantal protonen + neutronen in de schillen
C
Het aantal neutronen in de schillen
D
Het aantal elektronen in de schillen

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het massagetal van dit stikstofatoom?
A
0
B
7
C
14
D
21

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een isotoop?
A
Zelfde atoom, andere massa
B
Ander atoom, zelfde massa
C
Zelfde atoom, ander atoomnummer
D
Ander atoom, zelfde atoomnummer

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Massagetal

Protonen + neutronen

Protonen en neutronen wegen ongeveer evenveel, dus mag je ze bij elkaar optellen. 
(in "u")
Atoomnummer

Hoeveelheid protonen
=
Hoeveelheid elektronen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Isotopen
Aantal neutronen in de kern kan verschillen
(atoom met hetzelfde atoomnummer, ander massagetal)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Metalen en zouten

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar staan de metaal-atomen?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Stoffenschema tekenen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indeling van stoffen
  • Metalen (metaalatomen)
  • Zouten  (metaalatomen + niet-metaalatomen)
  • Moleculaire stoffen (niet-metaalatomen)


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geleidbaarheid 
- Geleiden van elektriciteit en warmte 
- Elektrische stroom is bewegende lading

 Een stof die stroom geleidt moet voldoen aan: 
1. De stof moet geladen deeltjes bevatten
2. De geladen deeltjes kunnen vrij door de stof bewegen




Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geleidbaarheid (warmte en elektriciteit)
- Metalen geleiden in vaste en vloeibare fase

- Zouten geleiden alleen in vloeibare fase

- Moleculaire stoffen geleiden niet

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een metaal bestaat uit:
A
Alleen metaalatomen
B
Een metaal en een niet-metaalatoom
C
Alleen niet-metaalatomen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een zout bestaat uit:
A
Alleen metaalatomen
B
Een metaal en een niet-metaalatoom
C
Alleen niet-metaalatomen

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Metalen geleiden elektriciteit...
Moleculaire stoffen geleiden elektriciteit...
Zouten geleiden elektriciteit...
...wel in vaste fase
...wel in vloeibare fase
...niet in vaste fase
...wel in vloeibare fase
...niet in vaste fase
...niet in vloeibare fase

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Eigenschappen metalen
  • Geleiden warmte en elektrische stroom goed
  • Glanzend uiterlijk (gepolijst)
  • Hoog smelt- en kookpunt
  • Buigzaam / bij hogere temperatuur goed vervormbaar

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Microniveau van metalen
  • Geen moleculen, altijd losstaande metaal-atomen 
  • Bijvoorbeeld: Hg (l), Fe (s), Cu (s)

Slide 22 - Tekstslide

Atoom tekenen met Kern en wolk dat elektronen van de ene wolk naar de andere kunnen
Metaalrooster






Metaalbinding = de binding tussen metaalionen

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Metalen
  • Metalen kunnen worden aangetast door water en zuurstof
  • Dit tast de stoffen aan: Corrosie
  • Onedele metalen, edelmetalen en zeer onedele metalen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Edelheid
De metalen kunnen we onderverdelen in 3 soorten metalen:
  1. Edelmetalen
  2. Onedele metalen
  3. Zeer onedele metalen

Hoe onedeler het metaal, 
hoe gevoeliger het is voor 
corrosie


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Roesten
  • Ijzer dat aangetast wordt door de lucht of water heet roest
  • Om dit te voorkomen kan je het ijzer beschermen
  • Bijvoorbeeld: verven, lakken

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit is een:
A
onedel metaal
B
edelmetaal
C
zeer onedel metaal

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is corrosie van metalen? Corrosie is:
A
de bereidingswijze van een metaal
B
hoe goed een metaal mengt met andere metalen
C
de aantasting van metalen door stoffen uit de omgeving
D
het aanbrengen van een laagje van een andere metaalsoort op het metaal

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Legering
  • Mengsels van samengesmolten metalen heet een legeringen
  • Legeringen hebben andere eigenschappen dan de zuivere metalen


Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Metaalrooster
Legering

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
  • Lees paragraaf 3.2 (blz 132 - 136)
  • Maak opdracht 1 t/m 8 (4 niet)

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zouten
  • Vast bij kamertemperatuur
  • Hard, slecht vervormbaar
  • In vloeibare fase geleiden zouten, in vaste fase niet

  • Altijd een metaal en een niet metaal!

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zouten
  • Altijd een metaal en een niet metaal!




v
keukenzout = NaCl       Soda = Na2CO3                  Gips: CaSO

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ionen
  • In een zout heeft het metaal een positieve lading en het niet-metaal een negatieve lading 

  • Atoomnummer = aantal protonen
  • massagetal - aantal protonen = neutronen
  • aantal protonen - lading = elektronen 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zouten





Ionbinding = de binding tussen ionen
Opgebouwd uit ionen: geladen deeltjes

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zouten

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Metalen en zouten

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies