Bijspijkeruurtje AK

Bijspijkeruurtje AK
Welkom!
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bijspijkeruurtje AK
Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Geografische vaardigheden
- Schaalniveau's
- Klimaatzones en klimaatdiagrammen

- Vragen over hoofdstuk China

Slide 2 - Tekstslide

Zijn er onduidelijkheden?
Wat vind je momenteel het lastigst aan AK?

Slide 3 - Tekstslide

Deel 1: Waar gaat aardrijkskunde over?
- Aardrijkskunde gaat over een gebied of regio: een landschap.
- Maar aardrijkskunde kan ook gaan over gebeurtenissen



Slide 4 - Tekstslide

Waar gaat aardrijkskunde over?
- Twee typen landschappen:
1. Natuurlijk landschap: nauwelijks door de mens aangepast -> is Fysische geografie
2: Ingericht landschap: door de mens ingericht ->
is Sociale geografie

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Beschrijven, verklaren, vergelijken
Beschrijven: wat is er?
Verklaren: waarom is dat er?
Vergelijken: waarom is dat hier wel zo en ergens anders niet?

Voorbeeld: het weer buiten.

Slide 8 - Tekstslide

Factoren
Het beschrijven, verklaren en vergelijken doe je met factoren.
Twee typen: (1) natuurlijke factoren en (2) menselijke factoren.

- Bij het verklaren van een vulkaanuitbarsting kijk je naar natuurlijke factoren.
- Bij het verklaren van een vluchtelingenstroom kijk je naar menselijke factoren.

Slide 9 - Tekstslide

Toets
Als er op een toets staat: leg uit, geef je dus een verklaring.

Als op een toets staat: beschrijf, dan schrijf je op wat je ziet en wat dat betekent. 

Als op een toets staat: vergelijk twee gebieden/kaarten, dan benoem je dus de verschillen!

Slide 10 - Tekstslide

Oefenen...

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Deel 2: Kaartlezen

Slide 13 - Tekstslide

Overzichtskaart
Overzichtskaart: kaart met steden, rivieren, zeeën, bergen, wegen en spoorlijnen (topografie)

Slide 14 - Tekstslide

Thematische kaart
Thematische kaart = kaart met één onderwerp (= thema).


Slide 15 - Tekstslide

Hoe moet je kaartlezen?
 4 dingen nodig:
                   Titel
                   Legenda
                   Schaal
                   Noordpijl
Geeft aan waar de kaart over gaat
Uitleg van de betekenis van de kleuren en de symbolen op een kaart.
Geeft aan hoeveel een gebied op een kaart is verkleind.
Geeft aan waar het noorden is op een kaart

Slide 16 - Tekstslide

Schaal
Een plattegrond is bijna nooit op ware grootte. Een stad wordt verkleind naar een kaart van bijvoorbeeld 30 cm. 

De schaal is altijd in cm weergeven!
Voorbeeld: 1: 50.000

Slide 17 - Tekstslide

Deel 3: Weer en klimaat
Het weer is iets anders dan het klimaat

Het weer is een momentopname, het klimaat gaat over een gebied van 30 jaar.

Slide 18 - Tekstslide

Reliëf 
Reliëf = Hoogteverschillen in het landschap 

Hoogteligging = De ligging van een gebied in meters onder of boven het zeeniveau

Slide 19 - Tekstslide

Vier reliëfvormen
1. Hooggebergte: De toppen zijn hoger dan 1.500 m.

Slide 20 - Tekstslide

Vier reliëfvormen
2. Middelgebergte: de meeste toppen zijn tussen de 500 en 1.500 m hoog.

Slide 21 - Tekstslide

Vier reliëfvormen
3. Heuvelland: de meeste toppen zijn tussen de 200 en 500 m.

Slide 22 - Tekstslide

Vier reliëfvormen
4. Laagland: het is vrijwel overal lager dan 200 meter.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Hand-out
Je kan alles terugvinden op de hand-out.

Nu oefenen voor China: wat vind je lastig? Waar wil je nog meer uitleg over?

Slide 25 - Tekstslide