- Inhoud en opbouw Wetboek van Strafrecht. Een globaal overzicht van de inhoud van het Wetboek van Strafrecht, de opbouw in drie boeken en uitleg over strafbare feiten.
- Opzet en schuld. Voor het bepalen van de zwaarte van de straf moet een rechter weten of er sprake is van opzet of alleen van verwijtbare schuld.
- Poging. Een beveiliger moet het begrip 'poging' kunnen omschrijven en daarbij een onderscheid kunnen maken tussen een strafbare en een niet-strafbare poging.
- Daders en medeplichtigen. Het Wetboek van Strafrecht onderscheidt vier soorten daders en de medeplichtigen. De rechter bepaalt tijdens de rechtszitting of een verdachte dader is en zo ja, welk soort dader.
Strafuitsluitingsgronden
Een strafuitsluitingsgrond is een goede reden om een dader van een strafbaar feit niet te straffen. Een beveiliger moet vijf strafuitsluitingsgronden kunnen onderscheiden.
Bedreiging
Het Wetboek van Strafrecht maakt onderscheid tussen strafbare bedreigingen en niet-strafbare bedreigingen. Wat betekenen de begrippen en welke bedreigingen zijn als misdrijf strafbaar?
Diefstal | verduistering | verduistering in dienstbetrekking
Diefstal, verduistering en verduistering in dienstbetrekking lijken veel op elkaar. Wat betekenen de begrippen en wat zijn de belangrijkste verschillen?
Huisvredebreuk | lokaalvredebreuk | verboden toegang
Huisvredebreuk, lokaalvredebreuk en ‘verboden toegang’ lijken veel op elkaar en worden daarom wel eens verward. Een beveiliger moet deze strafbare feiten kunnen beschrijven en onderscheiden.
Mishandeling | zware mishandeling
Het Wetboek van Strafrecht onderscheidt meerdere vormen van mishandeling. Als beveiliger moet je mishandeling en zware mishandeling kunnen beschrijven en onderscheiden.
Vernieling | openlijke geweldpleging
Het Wetboek van Strafrecht maakt onderscheid tussen openlijke geweldpleging en vernieling. Een beveiliger moet deze strafbare feiten kunnen beschrijven en onderscheiden.
Opzettelijke brandstichting | brand door schuld
Bij zowel ‘opzettelijke brandstichting’ als bij ‘brand door schuld’ gaat het strafbare feit over brand, een ontploffing of een overstroming. De verschillen moet je als beveiliger kunnen beschrijven.
Weigeren hulpbetoon | nalaten van hulp
Bij deze twee overtredingen gaat het over het niet bieden van hulp. Een beveiliger moet de verschillen tussen deze twee overtredingen kunnen beschrijven.
Terrorismebestrijding
De bestrijding van terrorisme moet op de eerste plaats voorkomen dat terroristisch geweld kan worden toegepast. Als dat niet lukt, moeten de gevolgen zo veel mogelijk beperkt worden.
Ambtsgeheim | beroepsgeheim | schending bedrijfsgeheim
Informatie over de plicht in sommige beroepsgroepen of functies bepaalde informatie geheim te houden.