H4 WB Hfst 1 VK en paragraaf 1

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Planning van de les
  • Introductie van de periode
  • Uitleg leerdoelen deze les
  • Werken aan je huiswerk en eventuele vragen stellen

Slide 2 - Tekstslide

Deze periode
Geen PW maar een SE

Hfst 1
Hfst 3
Vaardigheden blok 3

Meestal 2 paragrafen per week

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen van deze les
  • Ik kan haakjes wegwerken.
  • Ik kan 2 en 3 termen ontbinden in factoren.
  • Ik kan een lineaire of eerstegraads vergelijking oplossen.
  • Ik kan een vergelijking van een lijn opstellen.




Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen van de voorkennis
  • Ik kan haakjes wegwerken.
  • Ik kan 2 en 3 termen ontbinden in factoren.



Slide 5 - Tekstslide

Schrijf zonder haakjes en zo kort mogelijk:
y=6x-(2x-5)

Slide 6 - Open vraag

Schrijf zonder haakjes en zo kort mogelijk:
y=(2x-5)²

Slide 7 - Open vraag

Ontbind in factoren:
q=35p²-21p

Slide 8 - Open vraag

Ontbind in factoren:
t=r²-12r+20

Slide 9 - Open vraag

Leerdoelen van paragraaf 1
  • Ik kan een lineaire of eerstegraads vergelijking oplossen.
  • Ik kan een vergelijking van een lijn opstellen.



Slide 10 - Tekstslide

Welke formule hoort bij een lineair verband?
A
N=bgt
B
y=ax2+bx+c
C
y=ax+b
D
y=b+xa

Slide 11 - Quizvraag

Los de vergelijking exact op:

Slide 12 - Open vraag

Lineaire vergelijkingen opstellen
Maak eventueel eerst een schets
De standaard formule is y=ax+b

  1. Bereken de a (richtingscoëfficiënt).  
  2. Bereken b (snijpunt y-as) door een punt in te voeren.
  3. Geef de gehele formule.

Slide 13 - Tekstslide

Geef de formule:

Slide 14 - Open vraag

huiswerk voor de volgende les:
Zorg dat je de volgende leerdoelen beheerst:
  • Ik kan haakjes wegwerken.
  • Ik kan 2 en 3 termen ontbinden in factoren.
  • Ik kan een lineaire of eerstegraads vergelijking oplossen.
  • Ik kan een vergelijking van een lijn opstellen.

Maak hiervoor wat je nodig hebt van de voorkennis en  minimaal de opgaven 2, 5, 6 en 7 van paragraaf 1.1.





Slide 15 - Tekstslide