7. Versnelling en vertraging deel 2 SCHN

Klas 2 H/V
7. Versnelling en 
    vertraging deel 2
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Klas 2 H/V
7. Versnelling en 
    vertraging deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht 1

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht 2

Slide 3 - Tekstslide

Soorten bewegingen

Slide 4 - Tekstslide

Grootheden & Eenheden

Slide 5 - Tekstslide

Formules afstand en snelheid

Slide 6 - Tekstslide

Formule versnelling

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld 

Slide 8 - Tekstslide

1
Uitwerking voorbeeld 

Slide 9 - Tekstslide

VWO:
beantwoordt de eerste vraag (11)

Slide 10 - Open vraag

11. Hoe platter de lijn in een s,t-diagram hoe lager de snelheid. Op de momenten 0 seconde en 2 seconde is de lijn plat.
Dus 0 en 2 seconde

Slide 11 - Tekstslide

VWO:
beantwoordt de tweede vraag (12).
Geef je berekening met eventuele formules

Slide 12 - Open vraag

12. Je moet het meest bij 1 seconde de snelheid berekenen. Je kunt dus het beste het stuk tussen 0,8 seconde en 1 seconde gebruiken. Dus

formule:
v = s / t
Gegevens:
s = 0,3 meter (afstand tussen 0,8 en 1 seconde)
t = 0,2 sec (tijd tussen 0,8 en 1 seconde
Berekening
v = 0,3 / 0,2 = 1,5 m/s
FOUT:
Je moet niet het hele eerste stuk gebruiken want dan neem je ook het eerste versnellende gedeelte mee en dan krijg je een te hoog antwoord. 0,9 m/s is dus fout

Slide 13 - Tekstslide

VWO:
Lisa fietst met een constante snelheid over het fietspad.
Ze fietst dan in 1 minuut 300 meter.
Hierna komt ze bij een stoplicht en gaat remmen.
Ze komt bij een stoplicht en remt met een vertraging van a = -1,3 m/s2.
Hoe lang duurde het totdat ze tot stilstand kwam? (geef berekening)

Slide 14 - Open vraag

antwoord
Ze fietst
Antwoord
Ze fietst eerst met een constante snelheid. Deze kunnen we eerst berekenen:


Dit is de beginsnelheid voor het remmen. De eindsnelheid is 0 m/s want ze staat stil op het einde


Formule
v = s / t
Gegevens
s = 300 m
t = 1 min = 60 sec
Berekening
v = 300 / 60 = 5 m/s
Formule
∆t = ∆v/a
Gegevens
vbegin = 5 m/s
veind = 0 m/s
∆v = veind - vbegin = 0 - 5 = -5 m/s
a = -1,3 m/s2
Berekening
∆t = -5 /-1.3 = 3,8 seconde

Slide 15 - Tekstslide

Voordat je begint- NAKIJKEN!
Kijk je antwoorden van de vorige LessonUps na.
Dit gaat om les 6 de antwoorden zijn nu verschenen op dia's achter de opgaven

Slide 16 - Tekstslide

Verwerkingsvragen
Dit is Huiswerk
In SOM vind je wanneer je dit precies moet af hebben

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht 1

Slide 18 - Tekstslide

Beantwoord hier opdracht 1, schrijf in je schrift en maak een foto

Slide 19 - Open vraag

Uitwerking opdracht 1

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht 2

Slide 21 - Tekstslide

Beantwoord hier opdracht 2, schrijf in je schrift en maak een foto

Slide 22 - Open vraag

1
Uitwerking opdracht 2

Slide 23 - Tekstslide