2.2 Het voortplantingsstelsel van een vrouw

4.2 Een vrouw
2.2 Het voortplantingsstelsel van een vrouw
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2,3

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4.2 Een vrouw
2.2 Het voortplantingsstelsel van een vrouw

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
3 Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw noemen met hun functies en kenmerken.
4 Je kunt de menstruatiecyclus beschrijven.



Van het voortplantingsstelsel van een vrouw is aan de buitenkant weinig te zien. Bij een vrouw liggen de meeste voortplantingsorganen in de buik.




Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De meeste organen van het voortplantingsstelsel bij vrouwen liggen in de buik. Dit zijn onder andere de baarmoeder (waar de baby in groeit als de vrouw zwanger is) en de eierstokken. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zijn de vrouwelijke geslachtcellen. 
Ze zitten in de eierstokken, al sinds de geboorte maar ze zijn onrijp. 
Vanaf de puberteit rijpt er één keer per maand één eicel en 'springt' naar de eileder (ovulatie of eisprong). Via de eileider bereikt de eicel de baarmoeder. Als de eicel niet wordt bevrucht is hij binnen 12 - 24 uur dood. 
Eicellen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van de eicel
De grootste cel van het menselijk lichaam (6 in 1 mm).
Heeft veel voedingstoffen voor de reis door de eileider en de eerste dagen van de groei van de bevruchte eicel. 
Kan zichzelf niet bewegen. De eileider heeft haartjes in de binnenkant die de eicel naar voren 'vegen'.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 14

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Follikels
Elke eicel ligt in zijn eigen follikel. Dit zijn een soort blaasjes. Eens per maand begint zo'n follikel vocht op te nemen en op te zwellen, dit doet hij ongeveer in 4 weken tijd totdat hij zo veel vocht heeft dat hij uitpuilt buiten de eierstok. Op een gegeven moment barst de follikel en de eicel komt vrij. Dit heet de eisprong of ovulatie.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als een meisje geboren wordt, heeft ze al haar follikels al gevormd. Als ze de pubertijd bereikt beginnen deze te rijpen. Dit gebeurt om de 4 weken totdat ze in de overgang is (ongeveer rond de 50 jaar oud). Dan rijpen er geen follikels meer, er komen geen eicellen meer vrij, de vrouw wordt niet meer ongesteld en kan geen kinderen meer krijgen 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eileider
Nadat de follikel 'geknapt' is en de eicel is vrij gekomen wordt deze opgevangen in de trechter. Dit is het begin van de eileider.
De eicel gaat door de eileider naar de baarmoeder. In de eileider vindt de bevruchting plaats.  

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Baarmoeder
Is een hol orgaan. Bekleed aan de binnenkant met baarmoederslijmvlies en daar omheen een dikke spierlaag. Onderaan wordt de baarmoeder afgesloten door de baarmoedermond. Deze zit bijna helemaal dicht. Zaadcellen kunnen er wel doorheen. Aan de andere kant van de baarmoedermond ligt de vagina.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vagina
Dit is de verbinding tussen de baarmoeder en de buitenwereld. Hier komt het sperma terecht bij de geslachtsgemeenschap

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 11

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De buitenkant
 De grote schaamlippen zitten aan de buitenkant, sluiten de vagina af en beschermen tegen ziekteverwekkers. 
 De kleine schaamlippen liggen aan de binnenkant en hebben kliertjes aan de binnenkant die vocht afgeven als de vrouw opgewonden wordt zodat de penis makkelijk naar binnen glijdt. 
    De clitoris ligt bovenaan waar de schaamlippen zich splitsen, en is erg gevoelig voor seksuele prikkels.
1
2
3
1
2
3

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 12
En vink opdracht 13 af

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De buitenkant - gaatjes
       Vooraan tussen de kleine schaamlippen ligt de opening van de urinebuis - het plasgaatje. 

           Daaronder ligt de opening van de vagina
       
      Het achterste gaatje, buiten de schaamlippen (en vormt geen deel van de vulva) ligt de anus
4
5
6
4
5
6

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 15

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 16

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maagdenvlies
Vooraan in de vagina ligt het maagdenvlies. Het maagdenvlies is een randje weefsel. Niet alle meisjes hebben bij de geboorte een maagdenvlies.
Het maagdenvlies is geen dicht vlies zoals sommige mensen denken. Anders zou het menstruatiebloed er niet uit kunnen. Sommige mensen denken ook dat een vrouw bij de eerste geslachtsgemeenschap altijd bloedt. Dat is niet zo. De meeste meisjes en vrouwen bloeden niet tijdens ‘de eerste keer’.  
Onregelmatig maagdenvlies
Geen maagdenvlies
Regelmatig maagdenvlies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 17

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het maagdenvlies is een echt vlies en sluit de vagina helemaal af
A
Juist
B
Onjuist
C
niet bij iedereen
D
dat kun je niet weten

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het maagdenvlies sluit de baarmoeder af van de buitenwereld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat is een ander woord voor eisprong
A
Orgasme
B
Organisme
C
Ovulatie
D
Innesteling

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je nog nooit met iemand gevreeën hebt, is je maagdenvlies nog intact (heel)
A
Ja
B
Nee
C
Dan kun je niet weten

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


In welk deel van het voortplantingsstelsel van een vrouw bevindt zich het maagdenvlies?
A
In de baarmoeder
B
In de grote schaamlippen
C
In de vagina
D
In de eierstok

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarin liggen de eicellen?
A
Eierstokken
B
Baarmoeder
C
Eilleider
D
Vagina

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Volgorde van de voorzijde naar de achterzijde
bij de vrouw (in de schaamstreek):
A
clitoris, anus, vagina
B
vagina, anus, clitoris
C
clitoris, poepgat, anus
D
clitoris, vagina, anus

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een orgasme kan komen door prikkeling van de eikel of clitoris
A
Juist
B
Onjuist
C
dat kan nooit

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


nr. 2
is
A
eierstok
B
urineblaas
C
zaadleider
D
eileider

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


nr. 3
is
A
eierstok
B
urineblaas
C
zaadleider
D
eileider

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


nr. 5
A
Vagina
B
Eierstok
C
Eileider
D
Urineblaas

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul in: De eileider is de verbinding
tussen de ..1.. en de ...2...

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1. Een ander woord voor eisprong is ....
2. De eisprong vindt plaats van de ...... naar de .....

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar komt het sperma terecht tijdens de geslachtsgemeenschap?

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Baarmoeder
Anus
Baarmoedermond
Buitenste schaamlip
Binnenste schaamlip
Vagina
Blaas
Trechter
Clitoris
Ruggenwervel
Eierstok
Eileider
Schaambeen
Endeldarm
Urinebuis

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
Eileider
B
Vagina
C
Urinebuis
D
Urineleider

Slide 36 - Quizvraag

Referentie:
http://mijnbiologie.weebly.com/uploads/1/1/1/6/11169311/5551621_orig.jpg
 

Slide 37 - Quizvraag

Referentie:
http://mijnbiologie.weebly.com/uploads/1/1/1/6/11169311/5551621_orig.jpg

A
Baarmoeder
B
Blaas
C
Endeldarm
D
Ruggenwervel

Slide 38 - Quizvraag

Referentie:
http://mijnbiologie.weebly.com/uploads/1/1/1/6/11169311/5551621_orig.jpg

A
Baarmoeder
B
Blaas
C
Endeldarm
D
Ruggenwervel

Slide 39 - Quizvraag

Referentie:
http://mijnbiologie.weebly.com/uploads/1/1/1/6/11169311/5551621_orig.jpg

A
Endeldarm
B
Urinebuis
C
Urineleider
D
Vagina

Slide 40 - Quizvraag

Referentie:
http://mijnbiologie.weebly.com/uploads/1/1/1/6/11169311/5551621_orig.jpg

A
Baarmoeder
B
Blaasspier
C
Clitoris
D
Voorste schaamlippen

Slide 41 - Quizvraag

Referentie:
http://mijnbiologie.weebly.com/uploads/1/1/1/6/11169311/5551621_orig.jpg

A
Achterste schaamlippen
B
Voorste schaamlippen
C
Binnenste schaamlippen
D
Buitenste schaamlippen

Slide 42 - Quizvraag

Referentie:
http://mijnbiologie.weebly.com/uploads/1/1/1/6/11169311/5551621_orig.jpg

A
Endeldarm
B
Urinebuis
C
Urineleider
D
Vagina

Slide 43 - Quizvraag

Referentie:
http://mijnbiologie.weebly.com/uploads/1/1/1/6/11169311/5551621_orig.jpg