Gatensamenvatting:
Met een brander kun je 3 soorten vlammen maken: de ______vlam, de ______vlam en de _______ vlam.
Aan de grasbrander zitten twee draaiknoppen: de __________ en de _________.
Het herkennen van gevaarlijke stoffen doe je door middel van __________ die op het etiket vermeld staan.