De Betoverende Bolero: Een les over Maurice Ravel

Ravel Ontrafeld
H22
p. 76
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MuziekSecundair onderwijs

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Ravel Ontrafeld
H22
p. 76

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Wie was
Maurice Ravel?
Wat is de Bolero?
Gebruik coda en dynamiek in de bolero
Wat is choreografie?

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer het leerdoel en leg uit wat studenten zullen leren tijdens de les.
Wat weet je al over Maurice Ravel en zijn muziek?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wie was Maurice Ravel?
Maurice Ravel

  • geboren op 1860
  • Franse componist
  • belangrijke componist
  • - impressionistische muziekstijl
 

Slide 4 - Tekstslide

Maurice Ravel werd geboren op 1875 in het kleine dorpje Ciboure, Frankrijk.
Dit stadje is gelegen twee kilometer van de Frans-Spaanse grens.
Deze invloed was later te merken in het beroemde Bolero van Ravel.
Hij werd op jonge leeftijd als veelbelovend beschouwd.
Op 14-jarige leeftijd startte hij in het conservatorium te Parijs. Debussy nam hem onder zijn vleugels en leidde hem in de romantisch-impressionistische stijl in.

Zijn piano concerto in G volgt een meer klassieke structuur. Daarna schreef hij een meer virtuoos stuk Jeux d’eau en begon de stijl van Ravel zich meer te ontwikkelen.

Hij maakte één grote reis naar Amerika, waar hij George Gershwin en Charlie Chapman ontmoette.

In 1932 kreeg hij dementie en stierf in 1937 te Parijs.
Geef een korte achtergrondinformatie over Maurice Ravel.

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

  • de kleine trom
  • 1
  • dwarsfluit
  • 2
  • klarinet
  • 3
  • fagot
  • 4
  • kleine klarinet

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • A2
  • A1
  • B1
  • B2
  • A2

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Celesta
  • hoorn
  • kleine trom
  • trompet
  • trombone
  • harp
  • viool
  • dwarsfluit

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • ritmisch
  • groot
  • weinig
Weetje:
Choreografie is de kunst van het maken van dansbewegingen. De Bolero is vaak gebruikt in dansuitvoeringen en heeft een specifieke choreografie die vaak wordt gevolgd.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • forte
  • fortissimo
Coda:
De coda is het laatste deel van een muziekstuk en wordt gebruikt om het stuk af te sluiten. In de Bolero is de coda erg belangrijk omdat het de climax van het stuk bevat.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Structuur van
de Bolero
De Bolero heeft een zeer eenvoudige structuur, bestaande uit een enkel thema dat wordt herhaald en geleidelijk wordt opgebouwd tot de climax in de coda.

Slide 12 - Tekstslide

Laat de structuur van de Bolero zien en bespreek hoe het stuk is opgebouwd.
Dynamiek
  • pianissimo
  • heel zacht
  • fortissimo
  • heel sterk

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Discussie
Wat vond je het meest interessant aan de muziek van Ravel? Wat heb je geleerd over de Bolero en hoe heeft deze les je kijk op muziek veranderd?

Slide 14 - Tekstslide

Sluit de les af met een discussie om te zien wat de studenten hebben geleerd en wat hun inzichten zijn over Ravel en de Bolero.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 15 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 16 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 17 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.