Thema 2 - Basisstof 6 Bij zoogdieren
1 / 13
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Bij de een kwamen verteringsenzymen te pas en bij de ander het gebit.
Slide 3 - Tekstslide
Vandaag gaan we het hebben over de voedselkeuze van bepaalde zoogdieren en hoe dat verband kan hebben op de lengte van het darmkanaal en de kenmerken van het gebit van het zoogdier.
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Er zijn 3 typen eters.
Slide 6 - Tekstslide
Deze dieren hebben een lang darmkanaal in verhouding tot hun lichaamslengte. Het darmkanaal van een koe bijvoorbeeld is 40 meter lang, dat is 25 keer zo lang als het lichaam. Doordat het darmkanaal zo lang is is de buik van planteneters ook dik in verhouding tot hun lichaam.
Planten hebben celwanden die erg lastig te verteren zijn. Wij mensen konden ze ook niet verteren. Door de lengte van het darmkanaal hebben de verteringsenzymen meer tijd om de plantenvoedsel te verteren.
Planteneters hebben speciale plooikiezen, dat zijn kiezen met harde richels van glazuur. Hierdoor kunnen ze het voedsel tussen de fijne richels fijnmalen. Planteneters hebben geen hoektanden,
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 11 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
