Mavo 4 1.1 en 1.2 Geldfuncties, sparen en wisselkoersen

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk jij aan bij het begrip?: economie

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Onderwerp(en)

1.1 Geldfuncties, sparen en wisselkoersen
1.2 Wisselkoersrisico’s

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De kandidaat heeft:

  • inzicht in aspecten van het consumentengedrag, zoals
keuzes, behoeften, inkomen en in de functies van het geld,
lenen en sparen en kan dit inzicht toepassen in een
gegeven casus

  • inzicht in het bankwezen, zoals verkrijgen van vreemd geld,
spaarvormen en leningsvormen, en in motieven en
kenmerken van verzekeringen en kan hierbij informatie van
consumentenorganisaties gebruiken
Eindtermen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  1. Onderwerpen en leerdoelen
  2. Uitleg en controle vragen
  3. Zelfstandig aan de slag
  4. Uitleg en controle vragen
  5. Zelfstandig aan de slag
  6. Opdrachten bespreken
  7. Evaluatie
Planning

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat  heb ik nodig?
Primaire behoeften



Voorbeelden:
- Eten
- Kleding
- Dak boven je hoofd (huis)



Wat wil ik graag hebben?
Secundaire behoeften



Voorbeelden:
- Vakantie
- Playstation
- Make-up
Geldfuncties

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je bekijkt het prijskaartje van een vest in de kledingwinkel.
A
Rekenmiddel
B
Betaalmiddel
C
Spaarmiddel

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Elke maand stop je 20 euro in een oude sok.
A
Rekenmiddel
B
Betaalmiddel
C
Spaarmiddel

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je rekent je boodschappen af bij een zelfscankassa.
A
Rekenmiddel
B
Betaalmiddel
C
Spaarmiddel

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat  heb ik nodig?
Primaire behoeften



Voorbeelden:
- Eten
- Kleding
- Dak boven je hoofd (huis)



Wat wil ik graag hebben?
Secundaire behoeften



Voorbeelden:
- Vakantie
- Playstation
- Make-up
Giraal geld en chartaal geld

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je rekent je boodschappen af bij een zelfscankassa.
A
Giraal
B
Chartaal

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je laad je ov-chipkaart op bij een automaat met muntgeld.
A
Giraal
B
Chartaal

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je pint 200 euro uit de muur
A
Giraal
B
Chartaal

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat  heb ik nodig?
Primaire behoeften



Voorbeelden:
- Eten
- Kleding
- Dak boven je hoofd (huis)



Wat wil ik graag hebben?
Secundaire behoeften



Voorbeelden:
- Vakantie
- Playstation
- Make-up
  • Spaarrekening
    - opnemen wanneer je wilt
    - variabele rente

  • Spaardeposito
    - vaste rente
    - vaste periode
Spaarmotieven

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je spaart voor een scooter.
A
Doel
B
Voorzorg
C
Rente

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je stort elke maand 10 euro op je spaarrekening.
A
Doel
B
Voorzorg
C
Rente

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je hebt 500 euro gespaard voor het geval witgoed in huis kapot gaat.
A
Doel
B
Voorzorg
C
Rente

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het geld dat je spaart kan je pas na 3 jaar opnemen.
A
Spaarrekening
B
Spaardeposito
C
=

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

€ 1000 + € 250 - € 1500 = - € 250

€ 800 + € 450 - 1400 = - 150
Saldo

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het nieuwe saldo van de laatste rij?
Schrijf de berekening erbij!

Slide 20 - Open vraag

150
Noem één vreemde valuta.

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

  • De laatkoers van één dollar is € 0,86
  • De biedkoers van één dollar is € 0,83

  • Je wilt 10 euro wisselen in dollars.

  • € 10 : € 0,86 = $ 11,63

  • $ 11,63 x € 0,83 = € 9,65

  • 35 eurocent is dus foetsie.... in de pocket van de bank.
Wisselkoersen

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • De laatkoers van één dollar is op 1 oktober 2020 € 0,86

  • Je wilt in de zomervakantie naar de V.S..
  • Je hebt berekent dat je tot de zomer € 1.500 kan sparen voor de vakantie (zakgeld)

  • € 1.500 : € 0,86 = $ 1.744,19

  • De laatkoers van één dollar is op 1 augustus 2021 € 0,93

  • € 1.500 : € 0,93 = $ 1.612,90
Wisselkoersrisico

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De laatkoers van één dollar is € 0,82
Hoeveel dollar krijg je voor 150 euro?

Slide 24 - Open vraag

182,93 euro
k5g2wwm
Google Classroom

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Opdrachten 1 t/m 21 op Google Classroom
  • Eerste 5 minuten stil aan het werk.
  • Na 5 minuten mag je zachtjes overleggen en vragen stellen.

  • Rood = stil aan het werk
  • Oranje = zachtjes overleggen
  • Groen = op normaal geluidsniveau overleggen
Zelfstandig aan de slag
timer
5:00

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Welke opdracht vond je moeilijk?
  • Welke opdracht vond je makkelijk?
  • Welke opdracht wil je bespreken?
Opdrachten bespreken

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Was de uitleg duidelijk? Voorbeelden duidelijk?
  • Hoe was het tempo van de uitleg?
  • Wist je wat je moest doen?
  • Wat vond je dat je zelf goed had gedaan?
Evaluatie

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies