K 6.6 weefselvocht en lymfe

K 6.6 Lymfe
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 1 min

Onderdelen in deze les

K 6.6 Lymfe

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les: 
je kunt de kenmerken en functies van weefselvloeistof en lymfe noemen

Slide 2 - Tekstslide

Lymfevaten & Lymfeknopen 
Vocht met afval afvoeren 
afweer ziektenverwekkers

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide

Bloedplasma
Weefselvloeistof
Lymfe

Slide 6 - Tekstslide

Lymfevat in detail: 
Transport

Slide 7 - Tekstslide

bovenste holle ader

Slide 8 - Tekstslide

opgezette lymfeknopen
aanmaak van witte bloedceel die antistoffen maken. ( +insluiters)
oedeem

Slide 9 - Tekstslide

Test jezelf

Slide 10 - Tekstslide

Wat is de functie van een lymfeknoop?
A
Lymfe verzamelen
B
Lymfe zuiveren
C
Lymfe afbreken
D
Lymfe opnemen

Slide 11 - Quizvraag

Lymfe ontstaat doordat bloedplasma eerst
A
lymfe wordt en daarna weefselvloeistof
B
weefselvloeistof wordt en daarna lymfe

Slide 12 - Quizvraag

Wat bevindt zich op plaats P?
A
bloed
B
lymfe
C
weefselvloeistof

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de functie van de lymfeknopen (lymfeklieren)?
A
Halen voedingsstoffen uit lymfe
B
Zuiveren de lymfe van onder andere ziekteverwekkers
C
Halen zuurstof uit lymfe
D
Maakt witte bloedcellen aan

Slide 14 - Quizvraag

In welk of welke typen vocht kunnen antistoffen voorkomen?
A
Alleen in bloed
B
In bloed, lymfe en weefselvloeistof
C
In bloed en lymfe
D
In bloed, lymfe, weefselvloeistof en traanvocht

Slide 15 - Quizvraag

Witte bloedcellen kunnen in lymfe zitten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Lymfe stroomt sneller dan bloed
A
waar
B
niet waar
C
soms

Slide 17 - Quizvraag

Welke stoffen bevinden zich in lymfe?
VWO
13
A
zuurstof en voedingsstoffen
B
koolstofdioxide en afvalstoffen
C
witte bloedcellen
D
alle stoffen in A, B en C zitten in lymfe

Slide 18 - Quizvraag

Wat kan er NIET in lymfe zitten?
A
Antistoffen
B
afvalstoffen
C
Rode bloedcellen
D
Koolstofdioxide

Slide 19 - Quizvraag

Waarom wordt lymfe teruggevoerd in de bovenste holle ader?
A
Lymfe wordt daar extra gezuiverd van bacteriën en andere antigenen
B
omdat lymfe daar de antistoffen afgeeft aan het bloedvatenstelsel
C
om de hoeveelheid bloedplasma constant te houden
D
omdat het lymfestelsel en het bloedvatenstelsel bij hetzelfde stelsel horen.

Slide 20 - Quizvraag