Pedagogiek 5.3 gedrag en emotie (hechting)

• Onderwijsassistenten
• MBO

HFST 5. 

Specifieke onderwijsbehoeften
op het gebied van gedrag

• 5.1 Signaleren en observeren van gedrag
  
• 5.2 Gedrag en concentratie
• 5.3 Gedrag en emotie
• 5.4 Gedrag, agressie en emotie

Lesdoelen

- De student kent de definitie van hechting en een hechtingsstoornis.

- De student kent de verschillen tussen een goede hechting en een hechtingsstoornis.

- De student benoemt de vier soorten hechtingstypen.

- De student kent globaal het verloop van de hechting.

- De student kent een aantal gedragskenmerken die voor kunnen komen bij kinderen met een hechtingsstoornis.

Lesdoelen

- De student kent de sterke kanten van kinderen met een hechtingsstoornis.

- De student weet wat hij/zij kan doen bij kinderen met een hechtingsproblematiek of stoornis.

- De student kan zich inleven in de belevingswereld van een kind met een hechtingsstoornis en zijn sociale netwerk.

- De student kan zijn creativiteit koppelen aan de theorie.

Hechtingsstoornis (5.3)

• Blz.212-217 van je boek

Ongeveer 60% van de kinderen in Nederland is veilig gehecht

1. juist
2. onjuist

Een kind dat in zijn jeugd mishandeld is door zijn verzorgers, is onveilig gehecht

1. juist
2. onjuist

Deze stelling is onjuist. De start van de hechting is niet goed verlopen. De kans dat het kind op jonge leeftijd onveilig is gehecht is enorm groot. Dit wil niet zeggen dat dit per definitie zo is, want hechting is een levenslang proces. Als een kind deze moeilijke periode goed kan verwerken, veel sociale steun om zich heen heeft en leert om vertrouwen op te bouwen kan het kind zich alsnog veilig hechten aan belangrijke personen.

Het huwelijk van vader en moeder verloopt stroef. Kan dit invloed hebben op het hechtingsproces van het kind?

1. juist
2. onjuist

Deze stelling is juist. Een goede relatie tussen de ouders is een beschermende factor voor de kinderen, maar dit houdt niet per definitie in dat wanneer de relatie niet goed loopt dit een onveilige hechting teweeg brengt. Hoe de ouders hiermee omgaan en hoe het kind ermee omgaat zijn belangrijke factoren.

De hechting komt het beste tot stand in de eerste 6 levensjaren van het kind. Daarna stopt dit proces

1. juist
2. onjuist

Deze stelling is onjuist, de gevoelige periode van hechting ligt in de eerste 2 levensjaren van het kind. Echter is hechting een levenslang proces, dus dit blijft doorlopen. 

Het kind met een hechtingsstoornis kan thuis moeilijk te handhaven zijn en op school voorbeeldig gedrag vertonen, of andersom

1. juist
2. onjuist

LET OP :

PowerPoint met theorie is beschikbaar en staat in documenten!!!!

Alicia

Documentaire ‘Buiten de boot’

De VPRO-documentaire Alicia gaat over een meisje in een kindertehuis. De film gaat op IDFA in première. Regisseuse Maasja Ooms: 'Ik zie geen schuldige. Ik zie wel één slachtoffer.'

Alicia

Sommige kinderen hebben zo veel pech dat hun leven al stuk lijkt wanneer het nog maar nauwelijks is begonnen. Neem nu Alicia. In 2004 geboren als dochter van een moeder van zeventien. Op eenjarige leeftijd door Bureau Jeugdzorg bij haar ouders weggehaald omdat men zich zorgen maakte over Alicia's veiligheid. Na vier jaar in een pleeggezin overlijdt in 2009 haar pleegvader, waarna de verantwoordelijkheid van de pleegmoeder te zwaar wordt. Alicia is vijf en belandt in het Noord-Brabantse Kinderhuis Reek. De bedoeling is dat er zo snel mogelijk een nieuw gezin voor haar gevonden wordt, uiterlijk binnen een jaar.

Alicia

Maar alle inspanningen ten spijt zit Alicia er nog steeds wanneer documentairemaakster Maasja Ooms (48) – van onder andere Boris Ryzhy (2008), Retourtje hiernamaals (2011) en Tussen mensen (2015) – haar in 2014 voor het eerst ziet.

www.vpro.nl

www.2doc.nl