In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 25 min
Onderdelen in deze les
Congruentie
NN7 - Grammatica § 9 - 3H
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen voor deze paragraaf
Je leert congruentie herkennen.
Slide 2 - Tekstslide
In zinnen komt de persoonsvorm in persoon en getal overeen met het onderwerp. Dat heet congruentie. Bij een enkelvoudig onderwerp hoort een enkelvoudige persoonsvorm en bij een meervoudig onderwerp een meervoudige persoonsvorm. Meestal is dat niet moeilijk, maar er zijn een paar lastige gevallen:
Slide 3 - Tekstslide
Bij woordgroepen met een enkelvoudige kern en een meervoudige nabepaling richt de persoonsvorm zich naar de kern:
– Het merendeel (kern: enkelvoud) van de docenten (nabepaling: meervoud) controleert regelmatig het huiswerk.
Slide 4 - Tekstslide
Als het onderwerp een verzamelnaam is voor personen, dieren en dingen, is de persoonsvorm enkelvoudig:
– De overheid waarschuwt je tijdens noodsituaties via NL-Alert.
Slide 5 - Tekstslide
In de constructie een van de + meervoudig woord + die volgt in de bijvoeglijke bijzin een meervoudige persoonsvorm: een van de … die; op de puntjes vul je een meervoudig woord in:
– Een van de patiënten, die naar een ander ziekenhuis verhuisden, was mijn moeder.
Slide 6 - Tekstslide
Bij meervoudige titels van boeken, films enzovoort volgt een enkelvoudige persoonsvorm:
– Sprookjes van Moeder de Gansis een verzameling volksverhalen van de Franse schrijver Charles Perrault.
Slide 7 - Tekstslide
Na een rekeneenheid, zoals meter, liter, dozijn, procent, kilo, euro, volgt een enkelvoudige persoonsvorm:
– Tien euro per maandis niet duur voor een krantenabonnement.
Slide 8 - Tekstslide
Tien procent van de wereldbevolking .......... ouder dan 65 jaar.
A
is
B
zijn
Slide 9 - Quizvraag
De film Oorlogsgeheimen ........ grotendeels opgenomen in België en Luxemburg.
A
werd
B
werden
Slide 10 - Quizvraag
105 kilometer per uur ........ de topsnelheid van een cheeta.
A
is
B
zijn
Slide 11 - Quizvraag
Door Egypte ........ een van de langste rivieren ter wereld
A
stroomt
B
stromen
Slide 12 - Quizvraag
De afspeellijst Liedjes uit grootmoeders tijd ......... uit de vijftig mooiste kinderliedjes van vroeger.
A
bestaat
B
bestaan
Slide 13 - Quizvraag
Toen de politie hard op de ramen ......... (bonken), werd Javier meteen klaarwakker.
Slide 14 - Open vraag
Vier kilo appels ...... (wegen) net zo veel als acht pond sinaasappels.
Slide 15 - Open vraag
Een groot deel van de feestvierders ....... (vinden - VT) ten onrechte klappen te hebben gekregen van de ME.
Slide 16 - Open vraag
De abonnees van KPN ...... (worden) een nieuw modem gestuurd.
Slide 17 - Open vraag
Maak nu op je laptop de opdrachten die klaarstaan in de digitale planning van Nieuw Nederlands.