Vocabulaire de classe & Qu'est-ce que tu vois/c'est?

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Aujourd'hui
-Fransquiz                    
-Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Fransquiz
On commence

Slide 3 - Tekstslide

Hoe zeg je "Mag ik naar de wc?"
A
Je peux aller aux toilettes?
B
Je peux changer de place?

Slide 4 - Quizvraag

Hoe zeg je "Mag ik iets vragen?"
A
Je ne comprends pas.
B
Je peux poser une question?

Slide 5 - Quizvraag

Hoe zeg je "Hebben wij huiswerk?"
A
Avons-nous les devoirs?
B
C'est quand le prochain contrôle?

Slide 6 - Quizvraag

Qu'est-ce que tu vois?
A
Je vois un crayon.
B
Je vois un cahier.
C
Je vois un ordinateur.
D
Je vois une calculatrice.

Slide 7 - Quizvraag

Qu'est-ce que c'est?
"C'est un sac à dos"
Kies het juiste plaatje.
A
B
C
D

Slide 8 - Quizvraag

Qu'est-ce que c'est?
"C'est un crayon"
Kies het juiste plaatje.
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Qu'est-ce que c'est?
"C'est une colle"
Kies het juiste plaatje.
A
B
C
D

Slide 10 - Quizvraag

Qu'est-ce que c'est?
"C'est une calculatrice"
Kies het juiste plaatje.
A
B
C
D

Slide 11 - Quizvraag

Qu'est-ce que c'est?
"C'est une table"
Kies het juiste plaatje.
A
B
C
D

Slide 12 - Quizvraag

Qu'est-ce que c'est?
"C'est un cahier"
Kies het juiste plaatje.
A
B
C
D

Slide 13 - Quizvraag

Qu'est-ce que c'est?
"C'est un livre"
Kies het juiste plaatje.
A
B
C
D

Slide 14 - Quizvraag

Kies het juiste plaatje bij het woord.
"Méchant"
A
B
C
D

Slide 15 - Quizvraag

Kies het juiste plaatje bij het woord.
"Bien"
A
B
C
D

Slide 16 - Quizvraag

Kies het juiste plaatje bij het woord.
"Oui"
A
B
C
D

Slide 17 - Quizvraag

Zelfstandig werken
In Teams heb je een opdracht.

Slide 18 - Tekstslide

Bien travaillé
De bonnes vacances
&
De bonnes fêtes

Slide 19 - Tekstslide

Résumé
Dus....

  1. Wat hebben we geleerd?
  2. Wat kunnen we hiermee?

Slide 20 - Tekstslide

Een quiz over la négation
  •  Log in met de code via Lessonup.com (zie afbeelding).
  • Je eigen naam invullen.
  • Bonne chance!

Slide 21 - Tekstslide

Verbuga.eu
  • Oefen de werkwoorden via: www.verbuga.eu
  • Tijden: présent 
  • Onregelmatige: avoir & être
  • Regelmatige: parler & regarder
  • Bevestig
timer
5:00

Slide 22 - Tekstslide

De ontkenning
La négation

Slide 23 - Tekstslide

Le programme
Les devoirs - het huiswerk
> Unité 4 - apprendre 2 + 3 - Exercices 8 + 10 + 12
  • Kahoot: les animaux - 10'
  • Explication: La négation - 10'
  • Au travail: exercices 8 + 10 + 12 - 15'
  • Quizlet: Apprendre 2 - 5'

Slide 24 - Tekstslide

Bienvenue au cours de français!
Aan het einde van deze les ....
  • ... ken ik minimaal 8 dieren in het Frans.
  • ... kan ik zeggen dat ik geen koe ben.
Unité 4 "Histoires d'animaux"
> Inloggen LessonUp
> livre + cahier + stylo

Slide 25 - Tekstslide

La négation

Slide 26 - Tekstslide

Les devoirs
  • Apprendre 2 - Unité 4 (p.98) | helemaal
> Schrijf ze op, zeg ze hardop, maak er zelf zinnetjes mee.


  • Faites + Corrigez: Exercices 8 + 10+ 112
    > Let op, kijk ze zelf na via HBL ELO
    > Verbeter je fouten met een andere kleur!

Objectifs d'apprentissage
... ken ik minimaal 8 dieren in het Frans.
... kan ik zeggen dat ik geen koe ben.

Slide 27 - Tekstslide

ALLER - GAAN

Slide 28 - Tekstslide

Stappenplan
1: Bepaal wat de persoonsvorm in de zin is.

2: Plaats ne voor de persoonsvorm.

3: Plaats pas achter de persoonsvorm.

Slide 29 - Tekstslide

La négation - De ontkenning
Hoe maak ik een Franse zin ontkennend?​

De ontkenning in het Frans bestaat uit twee delen: ne + pas. 

Om zinnen ontkennend te maken, zet je het eerste deel 
van de ontkenning (ne) vóór de persoonsvorm en het 
tweede deel (pas) direct achter de persoonsvorm.

Ik ga niet naar huis. – Je ne vais pas à la maison.

Slide 30 - Tekstslide

La negation - De ontkenning
Quoi?             Maak de Franse zinnen ontkennend
Comment?  Individuellement
Résultat?     On corrige les phrases directement en classe
Temps?         5 minutes maximum





Slide 31 - Tekstslide


Maak de zin ontkennend:
Nous parlons français.

Slide 32 - Open vraag


Maak de zin ontkennend:
Charlotte a un chien.

Slide 33 - Open vraag


Maak de zin ontkennend:
Il a 13 ans.

Slide 34 - Open vraag

Au travail / Devoirs
Quoi?            Fais exercice 16C.2, 16C.3 + exercice 16D
Comment? Individuellement
Résultat?    We kijken samen na
Temps?       10 minutes
Prêt?             Apprends la grammaire Apprendre 5 + les mots de Apprendre 6  

Deadline pour le 28 avril:
Fais exercice 16D + 18
Apprends Apprendre 5 + 6 
timer
10:00

Slide 35 - Tekstslide

Exit ticket
Objectifs
- Ik kan een Franse zin ontkennend maken met behulp van een stappenplan.
- Ik kan Franse zinnen met het werkwoord 'aller' ontkennend maken.


Slide 36 - Tekstslide