Paragraaf 2 Meten van welvaart

Paragraaf 2:
Meten van welvaart
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 2:
Meten van welvaart

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
- Heb je alle spullen bij je?
- Paragraaf 2:
   - Meten van welvaart
- Werken

Slide 2 - Tekstslide

Zijn er opdrachten van het huiswerk die besproken moeten worden?

Slide 3 - Woordweb


In welk land 
wil jij wonen?
A
Land A
B
Land B

Slide 4 - Quizvraag


In welk land 
wil jij wonen?
A
Land A
B
Land B

Slide 5 - Quizvraag

Arm of rijk?
Welvaart = Genoeg geld hebben en goed kunnen voorzien in de behoefte aan voedsel, huisvesting, onderwijs en gezondheidszorg.
Hoe meten?
Bruto nationaal product per hoofd (bnp/hoofd)
bnp = alles wat in een jaar in een land verdient wordt

Uitrekenen: inkomen/aantal inwoners
Nadeel: Het is een gemiddelde

Slide 6 - Tekstslide

Welzijn = De Rijkdom van een land gemeten op basis van levensomstandigheden zoals gezondheid, scholing en voedsel.
Hoe meten?
Levensverwachting = Geeft aan hoe oud mensen bij geboorte naar verwachting gemiddeld zullen worden.

Koopkracht = Hoeveel je in een land kunt kopen voor 1 dollar.

Alfabetiseringsgraad = Geeft aan hoeveel procent van de bevolking van  15 jaar en ouder kan lezen en schrijven.
Arm of rijk?

Slide 7 - Tekstslide

Arm of rijk?
Beroepsbevolking = Alle mensen die tegen betaling werken, plus de werklozen.

Slide 8 - Tekstslide


A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector

Slide 9 - Quizvraag


A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector

Slide 10 - Quizvraag

Deze les:
- Nakijken paragraaf 1
- Werken aan paragraaf 2

Huiswerk:
- Leer paragraaf 2

Slide 11 - Tekstslide